Fred Prang: het icoon dat 40 jaar de Woolloomooloo bewaakte

Fred Prang krijgt een steeg naar zich genoemd. Foto Woolloomooloo

Dat Fred afscheid neemt van de Woolloomoolo blijft verschillende media niet onopgemerkt. In het autoritje naar restaurant Wilhelminapark, waar Fred graag wil afspreken omdat het wordt gerund door voormalig corpsleden, rinkelt verschillende keren zijn telefoon met happy-hardcore ringtone. NPO1 zal hem de volgende dag in een radioprogramma ontvangen en ook het AD wil een interview. Fred laat ondertussen trots een handgeschreven brief van de Utrechtse burgemeester Jan van Zanen zien, waarin hij wordt geprezen om zijn inzet. Het is duidelijk: iedereen kent Fred en Fred kent iedereen.

Robert en Frank (diskjockeys van de Woo tussen 1985 en 1991): "Ongelooflijk hoe Fred nog steeds iedereen bij zijn voornaam kent, hij vergeet nooit een gezicht."

Vechtersbaas
Omdat zijn moeder pas 17 was toen hij werd geboren, groeide Fred op bij zijn grootouders in De Bilt. Het was al snel duidelijk dat hij goed van zich kon afbijten. "Ik was motorisch niet handig en heel slecht in voetbal. Ik werd enorm gepest, maar zette dat om in geweld. Ik vocht met alles en iedereen; ik heb een gen in mij dat nooit bang is en net zo lang blijft vechten tot ik win. Ik kan me omzetten in een terminator en zorg ervoor dat mensen nooit meer willen vechten met Fred."

Op 15-jarige leeftijd begon Fred zijn carrière bij de kerksoos in De Bilt, waar hij op zaterdagavond van half 8 tot 9 uur bij de deur stond. Vervolgens zocht de portier van De Raadskelders in Utrecht hulp van Fred. Hier is hij tot zijn 17de jaar vooral op de vuist gegaan met Sterrenwijkers die de boel op stelten zetten. "Toen kreeg ik lucht van de Tregter, het eerste gedoogcafé. Hier werd openlijk gedeald en ben ik een aantal jaar portier geweest om orde op zaken te stellen."

Ed (Woo-bezoeker tussen 1976-1983): "Ik ken Fred nog vanuit de Tregter, waar ik in een Harley-Davidsonclub zat. Op een zondagavond was er een ruzie met Molukkers en begon één van hen om zich heen te steken. Fred heeft mij toen zo snel mogelijk onder de tafel geduwd om me te beschermen. Dat was mijn eerste kennismaking met hem. Vervolgens werd hij portier bij de Woo en maakte hij een pasje voor mij, ook al was ik geen student."

Pasjessysteem
oude fred.jpgIn 1973 blijkt toenmalig Woo-portier Toon Zwezerijnen, oprichter van de beruchte boksschool de Voltreffer in Nieuwegein, zijn handen vol te hebben aan het publiek van de Woolloomooloo. Hij schakelt de hulp in van de toen 20-jarige Fred en de rest is geschiedenis. De Woolloomooloo was toentertijd als eerste studentendisco van Nederland “de trendsetter van alles".

Omdat sommig uitgaanspubliek probeerde binnen te komen met valse collegekaarten, bedacht Fred een pasjessysteem, waarbij enkel toegang werd verschaft aan mensen met een Woo-pas. Dit systeem kreeg landelijke bekendheid toen bleek dat vrouwen tot 1984 wél naar binnen mochten zonder pasje, en mannen niet. Fred: "De vrouwen van het Zandpad kwamen na hun werk nog naar de Woo, waardoor we een enorme trekpleister werden.” Mannen gingen dan ook verkleed als vrouw naar binnen, waarbij Fred af en toe een oogje dichtkneep.

Quirijn (1999-2009): “Fred maakte zelf onze pasjes met een pasfoto-apparaat. Als je die pas had gemaakt, kende hij je gezicht en hoefde je je pas nooit meer te laten zien"

Incidenten
Het belangrijkste doel van Fred was een veilige Woolloomooloo, maar de vijanden zaten hem op de nek. Zo werd hij in 1976 door een onbekende met een hagelgeweer beschoten. “Toen heb ik een student, een vervelende gozert, voor me gezet. Hij had 36 kogeltjes in zijn rug, ik maar twee in mijn hand omdat ik hem beet had.” Fred zat verschillende dealers door ‘zijn speurneus voor drugs’ in de weg, waardoor hij vaak bedreigd werd, zegt hij. “Ik had tien jaar lang politiebescherming en werd een tijd elke ochtend na een werkdienst onder politiebegeleiding naar huis gebracht. Zelfs agenten raakten soms in paniek als we gevolgd werden. We moesten dan vol gas het politiebureau inrijden.”

In de afgelopen jaren zijn Freds banden dan ook meer dan twintig keer lek gestoken, vier tot vijf keer werden zijn autoruiten ingeslagen. Ook zegt hij op een liquidatielijst gestaan te hebben. “Een crimineel uit Australië was zo doorgesnoven dat ik hem tot het Pakhuis in elkaar heb geslagen. Hij heeft 10.000 euro betaald om mij te laten liquideren. Ik had geluk dat er politie was op het Janskerkhof, waardoor ze zijn gevlucht.”

De verschillende incidenten hebben weinig indruk gemaakt op Fred. “Ik was alleen bezig met orde en gezag. Studenten schofferen, zuigen, maar ik loerde altijd op het moment dat ze zich verbaal niet meer konden beheersen en ik ze kon uitschakelen. Dat is de wet van de sterkste."

Anonieme vrouw (1988-1994): “Ik liep eens naar huis en werd achtervolgd, waarna ik terug ben gegaan naar de Woo. Fred heeft er toen voor gezorgd dat een F16-piloot met mij mee naar huis liep zodat ik veilig was."

De Woolloomooloo beveiligen was Freds leven en het zal menigeen niet verbazen dat hij daar dan ook zijn vrouw heeft ontmoet. "Ze was het mooiste meisje van de klas en kwam naar de Woo om te dansen. Na mijn werk gingen we dan naar Amsterdam en liet ik haar de stad zien tot 7 uur 's ochtends, waarna ik haar naar huis bracht. Dit is twee jaar lang puur platonisch geweest. We zijn inmiddels 40 jaar getrouwd en ze is al die tijd tot 6 of 7 uur in de ochtend wakker gebleven om te wachten tot ik thuis was. We bellen de hele dag door met elkaar en ze moet al om me lachen voor ik iets gezegd heb!"

Stella (kwam 40 jaar geleden in de Woo): "Ik ging met mijn broer mee naar de Woo en was zo jong, zo bleu, zo naïef. Fred paste altijd een beetje op mij als mijn broer met een meisje aan het kussen was. Hij was van alle markten thuis en heeft ook wel eens eerste hulp verleend toen ik glas in mijn handen kreeg nadat een stapel bierglazen was omgevallen."

Engeltje op zijn schouder
Aan veertig jaar lang minimaal zes dagen per week tot 7 uur opblijven, kwam in 2014 plotseling een einde. Fred belandde door verschillende ziektes noodgedwongen in de ziektewet. "Het lukte me niet meer om de verbale confrontatie met mensen aan te gaan, maar ik kon geestelijk niet begrijpen dat ik moest stoppen. Elke keer als ik naar het ziekenhuis ga, zeggen ze dat ik nog maar zeven dagen te leven heb. In 1994 zeiden ze al dat ik zou komen te overlijden, maar ik heb een engeltje op mijn schouder."

De rest van zijn leven achter de geraniums zitten, wil hij absoluut niet. "Ik sterf liever rechtop, dan dat ik op mijn knieën moet leven." Fred wil graag maatschappelijk betrokken blijven en zich verder richten op de veiligheid in het uitgaansleven. "Ik wil me hoofdzakelijk richten op de jeugd en volledig alcoholvrije feesten voor hen organiseren. Ik zou verder graag lezingen willen geven op middelbare scholen of werken als gastdocent op hogescholen en universiteiten. Ik heb altijd wat te vertellen en ben volledig op de hoogte van alles rondom drugsgebruik."

fredtekst.pngTijdens zijn afscheidsfeest moest Fred de Woo voortijdig verlaten. Hij kreeg hartritmestoornissen en moest naar het ziekenhuis. Hij was de rest van de avond de grote afwezige, maar: "Onkruid vergaat niet, en daar hoor ik bij."

Evert (1984): "Ik heb Fred nog nooit alcohol zien drinken, hij at alleen appels. Hij zei altijd: 'Met het eten van een appel verbrand ik 18 calorieën. Een appel is 10 calorieën, dus nu ben ik aan het afvallen.' Wij noemden dat de theorie van het negatieve appeltje."

Advertentie