Moska Hassanzai: ‘Soms zie ik verbazing bij mensen als ik zeg dat ik farmacie doe’

Moska Hassanzai stapt graag uit haar comfortzone van 'student in een rolstoel', foto aangeleverd door Moksa

“Ik ben het gewend dat mijn lichaam me in de steek laat. Uiteindelijk takelt iedereen af. Bij mij komt het dus minder hard aan dan bij mensen die altijd gezond zijn geweest.” Aan het woord is de 25-jarige Moska Hassanzai. Ze zit in een rolstoel omdat ze een caudaal regressiesyndroom heeft – een aangeboren aandoening waardoor haar onderlichaam slecht functioneert en ze niet meer dan 100 meter kan lopen.

Van de mytylschool naar de universiteit

Moska werd geboren in Afghanistan. Toen ze vijf was ontvluchtten haar ouders de oorlog daar. In Nederland ging ze naar een mytylschool: een school voor mensen met een beperking. Omdat ze goed kon leren, verruilde ze deze school algauw voor een normale basisschool. Op dit moment staat ze op het punt om haar studie Farmacie af te ronden. Dat hadden ze op de mytylschool niet verwacht, zegt Moksa. Ze zou het niet verder schoppen dan een MBO-opleiding.

“Soms zie ik verbazing bij mensen als ik zeg dat ik farmacie doe”, zegt ze als we spreken over de heersende opvatting dat wie lichamelijke beperkt is, ook wel niet zo intelligent zal zijn. Haar hele leven heeft ze zich al moeten verzetten tegen dit idee. “Ik ben gewend dat mensen denken dat ik een lager niveau heb, of dingen niet kan. Inmiddels ben ik niet zoveel meer bezig met wat mensen van me vinden. Het beeld dat mensen hebben van mensen in een rolstoel kan flink verbeterd worden. Ik draag daar aan bij door te laten zien dat je alles uit het leven kan halen wat erin zit.”

Aan ambities geen gebrek

Moska’s jeugd stond in het teken van vele zware operaties aan haar rug en benen. Momenteel is ze stabiel: ze voelt zich gezond en heeft geen pijn. Ook heeft ze geen operaties in het vooruitzicht. Het is moeilijk te zeggen hoe de aandoening zich verder ontwikkelt: het kan zijn dat ze op latere leeftijd last krijgt van complicaties omdat ze weinig beweegt. Daar is ze nu echter weinig mee bezig – ze ziet het vooral als doel om alles uit het leven te halen wat erin zit.

Ze is bijzonder ambitieus: naast haar studie zit ze in het bestuur van Stichting Nang, die opkomt voor hulpbehoeftigen in Afghanistan en de integratie van Afghanen in Nederland stimuleert. Ook schrijft ze artikelen voor Wervelingen, een patiëntenvereniging voor mensen met scoliose. En alsof dat niet genoeg is, doet ze elke week aan rolstolhockey en reist ze zo veel als mogelijk.

“Ik doe graag dingen die buiten mijn comfortzone liggen”, legt ze uit. “Dat is goed voor mijn ontwikkeling. Ik moet nog mijn hele leven in een rolstoel zitten. Daarom wil ik de grenzen opzoeken en mezelf uitdagen.”

Een voorbeeld van dit grensoverschrijdende gedrag is de stage die ze liep in een ziekenhuisapotheek op de Filipijnen – één van de meest rolstoelonvriendelijke landen denkbaar. Voor Hassanzai gaat zo’n reis gepaard met uren research en voorbereiding naar rolstoeltoegankelijkheid van het ziekenhuis en het openbaar vervoer. Op het vliegveld van Manilla kwam ze er echter al snel achter, dat je zelfs met een waterdichte voorbereiding voor onprettige verrassingen kan komen te staan. “Er zou bij de terminal iemand voor me klaarstaan. Die stond er niet. Ik zat in mijn rolstoel met een grote koffer naast me, en er was helemaal niemand. Toen ik daar alleen stond, raakte ik een moment in paniek. Ik kon gelukkig de koffer aan mijn rolstoel binden en naar een bewaker toerollen. Gelukkig zijn er altijd oplossingen. In Nederland zorg ik ervoor dat ik niet in dit soort situaties beland, tijdens reizen lukt dat niet altijd.”

Vooral de bereikbaarheid van De Uithof is een punt

Hassanzai staat op het punt om op zichzelf te gaan wonen in een appartement in Nijmegen. Omdat ze zelf kan autorijden, is ze erg mobiel. Ze kan haar rolstoel ook zelf met een klein hijskraantje in haar auto zetten. Als we het over de rolstoeltoegankelijkheid van De Uithof hebben is het vervoer van en naar de universiteit haar grootste kritiekpunt. “In een drukke Uithofbus wring je jezelf er moeilijk tussen met een rolstoel. Het is fijn dat er een tram komt, maar helaas ga ik dat niet meer meemaken.”

Ook op de gebouwen van De Uithof is volgens haar het één en ander aan te merken. “In sommige hoorcollegezalen zijn meteen trappen als je binnenkomt. Dan moet je onder in de zaal blijven zitten, en kan je het scherm nauwelijks zien. Ze heeft het over het David de Wiedgebouw, wat een nieuw gebouw is. "Dat is echt waardeloos." Toch is ze hoofdzakelijk positief over de toegankelijkheid van de UU. “Docenten denken altijd mee, en doen er alles aan om me mee te laten doen, soms al voordat ik het aankaart. Het moet ook geen streven zijn van de universiteit om met een beperking in elk lokaal te kunnen. Je komt er samen uit, en daar gaat het om.”

Een positieve inslag

Deze positieve inslag is typisch voor Moska. Als je met haar spreekt over haar studentenleven merk je meteen hoe makkelijk ze is in de omgang. Er zijn weinig taboes, ze lacht veel, praat met groot gemak over haar beperking en neemt zichzelf niet te serieus. Wie haar Facebookpagina bezoekt ziet op haar omslagfoto de veelzeggende tekst: ‘keep on rolling’. Ze heeft op dit moment geen relatie. Naar eigen zeggen hecht ze aan haar vrijheid, en heeft haar ambitie voorrang. Vormt haar beperking een belemmering in de romantiek? “Ik zou liegen als ik zou zeggen dat dat niet zo zou zijn. Een rolstoel blijkt een goed filter: met mensen waar je niks mee hoeft, kom je automatisch ook minder mee in aanraking.”

Advertentie