Schoonmakers bezetten pand Uithof - een reconstructie

Heeft de universiteit afgelopen maandag goed gereageerd op de actie van de schoonmakers? Was er zo veel security en politie nodig? Waarom waren veel gebouwen niet meer toegankelijk? En vinden FNV-bondgenoten en de Kritische Studenten Utrecht de actie eigenlijk geslaagd? Een reconstructie.

Al enkele weken ging het gerucht in beveiligingskringen dat de Universiteit Utrecht het doelwit van een actie van de schoonmakers zou kunnen zijn. Zondag 26 februari waren de beveiligers van de Universiteit Utrecht al extra waakzaam tijdens hun surveilleerrondes in zowel de binnenstad als De Uithof. Maandagochtend belde de Utrechtse politie het hoofd van Security Leo van Kuijk: er waren bussen actievoerders op weg naar De Uithof.

Herrie Hoogenboom, actieleider van FNV bondgenoten: “De actie was in het diepste geheim voorbereid met de Kritische Studenten van Utrecht. Na weken van actievoeren bij de werkgevers, wilden we de actie verbreden naar de opdrachtgevers. Daarnaast zien onze leden dat door de bezuinigingen op het hoger onderwijs het moeilijker voor hun kinderen wordt om te gaan studeren. Maandag, onderweg naar De Uithof, werden we door de politie tegen gehouden. De actie was uitgelekt. Van de politie mochten we uiteindelijk doorrijden. Niemand wist nog dat we op weg waren naar het Ruppertgebouw en het Educatorium.”

Sander van Lanen, Kritische Studenten Utecht: “Een jaar geleden volgden we een onderzoekscursus waarin de rol van de universiteit in de samenleving werd bestudeerd. Een onderwerp was de privatisering van onderdelen van de universiteit. Zo kwamen we op de schoonmaak die is uitbesteed en daardoor weer in contact met FNV-bondgenoten. In december werden we gevraagd of we wilden meewerken aan een actie. Wij zouden er voor zorgen dat de actievoerders het gebouw in konden en we zouden een aantal programmaonderdelen organiseren voor studenten.”

Ineke van Oosten, directeur Facilitair Service Centrum, verantwoordelijk voor Security en het afsluiten van de contracten met de schoonmaakbedrijven: “Even na tienen stroomden de actievoerders het Ruppert binnen. Om de groep te kanaliseren hebben we meteen de branddeur tussen het Ruppert en het Educatorium gesloten.”

Herrie Hoogenboom: “Dat wisten we niet van die stalen deur. Wel jammer want we wilden eigenlijk ook in het Educatorium actievoeren.”

Sander van Lanen: “We wilden de actievoerders in gesprek laten gaan met studenten. Daarom was het Educatorium van belang.”

Ineke van Oosten: “We hebben meteen aan de woordvoerders van de vakbond gevraagd wat ze wilden. Na overleg met het universitair crisisteam hebben we met de actieleiders goede afspraken gemaakt. Ze mochten in het Ruppertgebouw blijven en gebruik maken van de collegezalen Rood, Wit en Blauw, op voorwaarde dat de actie na 24 uur afgelopen zou zijn.”

Hoogenboom: “We hebben direct laten weten dat we het onderwijs niet wilden verstoren. Het was de universiteit die besliste of een college werd afgelast.”

Van Oosten: “We hebben ook de deuren van andere gebouwen in het centrumgebied laten sluiten. Dit om te voorkomen dat de actie zich kon uitbreiden naar andere panden. We wilden het primaire proces zo min mogelijk verstoren. Het gerucht dat de bibliotheek zou zijn ontruimd, was nergens op gebaseerd. De UB is gewoon in bedrijf geweest.”

Docent-onderzoeker Mirko Schäfer: “Nou, ik heb anders wel last gehad van de actie. Ik kon niet bewijzen dat ik hier werk en kon de boekwinkel niet in. Hoewel ik sympathie heb voor de doelen van de actie, vind ik de vorm die ze hebben gekozen niet de meest gepaste. Ook vind ik dat de universiteit echt overdreven heeft gereageerd. Branddeur dicht, pasjescontrole, een groot aantal politie en security. Dat is meer een reactie die past bij de VS, maar toch niet bij ons?”

Politiewoordvoerder Utrecht: “In totaal waren we met 27 politiemensen in De Uithof. Het kan zijn dat sommige mensen dat een te groot aantal vinden, maar je weet van te voren niet wat er gaat gebeuren of hoe een dergelijke actie zich ontwikkelt. Voor hetzelfde geld worden er vernielingen aangericht of breekt er geweld. Bovendien waren er zo’n duizend actievoerders; dat is best veel.”

Ineke van Oosten: “Wij hebben de politie niet gebeld. Wij zijn verantwoordelijk voor wat er in onze gebouwen gebeurt en voor de veiligheid van de mensen die daar binnen zijn. De politie is er voor de openbare weg en voor de openbare orde. Wij hebben inderdaad het op dat moment al het beschikbare Security-personeel ingezet. Bij het Educatorium en Ruppert stond uiteindelijk een man of 10; dat lijkt me niet zo’n overmacht op enkele duizenden actievoerders. Om te voorkomen dat de actie zich zou uitbreiden naar andere gebouwen hebben we bij de entree van die gebouwen studenten naar hun collegekaart gevraagd, en medewerkers in sommige gevallen naar een visitekaartje of XS-pas, of iets waaruit kon blijken dat zij aan de universiteit verbonden zijn”.

Mirko Schäfer: “De actievoerders konden hun ding doen, terwijl medewerkers en studenten werden gehinderd in hun werk. Ik zag dat een student die geen collegekaart kon laten zien, ruw werd weggeduwd door een agent. Het optreden van sommige politiemensen en  Securitymedewerkers was bruut. Ze gedroegen zich als bouncers van een nachtclub. Ik had liever gehad dat we wat minder beveiling hadden ingezet en wat meer met de actievoerders in discussie waren gegaan. Dat past bij de academische vrijheid van een universiteit.”

Ineke van Oosten: “De grimmige sfeer die door wel meer mensen is genoemd, onderschrijf ik absoluut niet. Ik ben regelmatig verschillende plekken langs geweest en ik kan niet anders zeggen dan dat de sfeer goed en zeer vreedzaam was. Ook het contact met de actieleiding verliep rustig en constructief. Dat een aantal mensen van Security misschien wat bot gedrag vertoond heeft? Ja, dat kan helaas zijn voorgekomen. Maar je moet niet vergeten dat er een grote verantwoordelijkheid op hun schouders rustte. Zij moesten er voor zorgen dat iedereen veilig was.”

Herrie Hoogenboom: “We zijn tot nog toe acht weken in staking. De eerste onaangekondigde actie was bij het kantoor van werkgever Asito. Dit was de tweede en de eerste brede actie. Ik vind hem uitermate goed geslaagd.”

Ineke van Oosten: “Ik vind het teleurstellend dat ze ons hadden uitgekozen. Wij waren de eerste universiteit die de Code Verantwoordelijk Marktgedrag schoonmaak- en glazenwassersbranche ondertekende. Dat was zo’n drie, vier maanden geleden. Na ons volgde de UvA; andere universiteiten moeten nog. Met de ondertekening committeren wij ons als opdrachtgever aan een aantal zaken. Daarvan moesten wij nog één ding regelen: één keer per jaar moeten we een gesprek organiseren met de werknemers van de schoonmaakbedrijven over de relatie tussen de schoonmakers, hun werkgevers en de opdrachtgever. Onze contracten en ons opdrachtgeverschap kwam daarvoor dus al nagenoeg overeen met wat er nu in de code is geregeld. Wij hebben nog nooit contracten puur op prijs afgesloten, maar altijd op prijs en kwaliteit. Wij stellen dus ook altijd eisen ten aanzien van bijvoorbeeld sociale aspecten als goed werkgeverschap en duurzaamheid. Ook stellen wij als eis dat de werkgevers zich aan de cao houden. De schoonmakers zijn echter ontevreden over die cao, en dit is dus een conflict tussen de werknemers en de werkgevers; wij zijn daar geen partij in.”

Herrie Hoogenboom: “Dat de universiteit de code heeft ondertekend, is een stap in de goede richting, maar niet zaligmakend. Als de universiteit niet wil dat zij betrokken raakt in een actie, dan moet ze zelf schoonmakers in dienst nemen. De Universiteit Utrecht heeft naar aanleiding van de actie wel de schoonmaakbedrijven opgeroepen om de cao-onderhandelingen te hervatten. Maar ze hebben zich niet achter onze cao-eisen willen scharen. Daarmee blijft de universiteit als opdrachtgever een actie-object.”

Lees ook: FNV en KSU tevreden over actie schoonmakers

 

De actie


Maandagochtend om 10 over 10 stroomde het Ruppert in De Uithof vol met actievoerende schoonmakers. Vakbond FNV bondgenoten hield bij de UU de eerste ‘verbredende actie’ in de strijd voor betere arbeidsomstandigheden en een beter salaris voor de schoonmakers. De actievoerders werden hierin gesteund door de Kritische Studenten.

 

Een stuk of honderd schoonmakers brachten de nacht door in het universitaire pand en verlieten deze volgens afspraak op dinsdagochtend 11 uur. Ze bleven tot een uur of 16 op het parkeerterrein bij het Wentgebouw waar nog een demonstratieve optocht werd gehouden. Hier vond het enige nare incident plaats: een man reed met zijn auto op de optocht in. De schoonmakers gaan door met actievoeren. Volgende week gaat hun negende actieweek van start. Een record zegt de FNV.

 

 

Advertentie