KNAW wil ruimte voor kloneren

Het standpunt van de Koninklijke Nederlandse Academie vanWetenschappen (KNAW) over de grenzen aan het kloneren van dierlijkeen menselijke embryo's biedt wetenschappers voldoende ruimte. Datis de mening van enkele Utrechtse deelnemers aan de discussie diedit voorjaar binnen de KNAW over de kloneer-problematiek heeftplaats gevonden.

Centraal in de opvatting van de KNAW staat het 'niet voortweeërlei uitleg vatbare' uitgangspunt dat elke poging omgenetisch identieke mensen voort te brengen, op basis van de op ditmoment beschikbare kennis en inzichten moet worden afgewezen. Nietalleen lijkt de kans op succes bij het kloneren van een mensvrijwel nihil, maar bovendien zitten er zoveel ethische voetangelsen klemmen aan dat dat volgens de KNAW zonder meer moet wordenverboden.

Dit is tegelijkertijd echter ook de enige restrictie die dewetenschap zichzelf oplegt, want in het stuk wordt verder vooralaangedrongen op het open houden van de mogelijkheden vanwetenschappelijk onderzoek. Een verbod op het produceren vanmenselijke klonen mag in geen geval gevolgen hebben voor hetonderzoek naar de techniek van het kloneren, vindt de KNAW. Van dittype onderzoek worden namelijk belangrijke nieuwe inzichtenverwacht op het terrein van celtherapie enorgaantransplantatie.

Wat betreft het kloneren van dieren onderschrijven dewetenschappers de bestaande praktijk in ons land die het klonerenbindt aan een strikte vergunning van de overheid.

De Utrechtse hoogleraar humane genetica prof. dr P. Pearson isniet ontevreden over het standpunt van de KNAW, maar betreurt dater geen duidelijke uitspraak is gedaan over het Nederlandse verbodom te experimenteren met menselijke embryo's. "In Engeland is hettoegestaan om embryo's van minder dan veertien dagen oud vooronderzoek te gebruiken. In Nederland mag dat niet, en het nadeeldaarvan is dat we nu ook niet kunnen onderzoeken wat de mogelijkegevaren van kloneren zouden kunnen zijn. Dat is jammer, maar verderkan ik met het standpunt van deKNAW goed uit de voeten."

Ook hoogleraar moleculaire celbiologie prof. dr W. Hoekstra isblij met de royale visie van de Nederlandse wetenschap. "Toen dediscussie over kloneren net van start ging, in de tijd van de stierHerman, heb ik vrij afwijzend op de ontwikkelingen gereageerd. Maarinmiddels ben ik bekeerd tot een voorzichtig positieve houding,overigens mede als gevolg van de negatieve opstelling van deDierenbescherming, die in mijn ogen wel erg ongenuanceerd stemmingmaakt tegen biotechnologisch onderzoek."

Ook Hoekstra pleit voor ruimte voor menselijk embryo-onderzoek."De ontwikkelingsbiologie zal in mijn visie de komende twintig jaarhét gebied worden, waarop we de grote wetenschappelijkedoorbraken kunnen verwachten. In dat verband is embryo-onderzoekvan het grootste belang. Tegenstanders van dat onderzoek stellendat een bevruchte eicel al leven is waarmee je niet magexperimenteren. Ik deel die mening niet, maar ik realiseer me datdie opvatting niet met wetenschappelijke argumenten kan wordenonderbouwd. Daarom ben ik heel blij dat het debat over klonerendoorgaat, onder meer via een publieksdiscussie die wordtgeorganiseerd door het Rathenau-instituut. Kloneren is nog zo'nomstreden thema, dat het van het grootste belang is dat daarover inzo breed mogelijke kring wordt nagedacht. (EH)

(De volledige tekst van het KNAW-standpunt is te vinden opinternet-pagina HTTP://WWW.KNAW.NL/08nieuws/kloneren.htm)