Gewenst: alternatief voor ov-kaart

Wie gaat er bloeden voor de miljoenenbezuiniging op de ov-studentenkaart? Politiek, studenten en vervoersbedrijven zijn verwikkeld in een soort stoelendans. Gaan studenten domweg de volle mep betalen of verzint de politiek iets slimmers?

De kurk waar het ov op drijft

Nederland is het enige Europese land waar studenten gratis mogen reizen. Ze zijn belangrijk geworden voor het openbaar vervoer. De ov-kaart kwam in 1991 als geroepen voor een kwakkelende sector waar veel lijnen opgeheven dreigden te worden. Plots betaalde het ministerie miljoenen om alle studenten te laten vervoeren. Het aantal reizigerskilometers groeide dat jaar met 40 procent. Toen studenten in 1994 moesten kiezen tussen een weekkaart en een weekendkaart daalde het aantal reizigers licht, maar de 600.000 studenten met een ov-kaart zijn volgens ov-consultant Henk-Doeke van Waveren nog steeds verantwoordelijk voor een kwart van alle ov-kilometers. In de spits zelfs voor 30 procent.

Vanaf 2016 is het gedaan met de gratis tripjes naar Maastricht en Groningen. Een weekend naar je ouders wordt ineens vrij prijzig. Belangrijker nog, op en neer naar college of stage wordt een dure grap.

De studentenkaart is mateloos populair. Eigenlijk wil niemand hem kwijt. Vervoerders, studenten, onderwijsinstellingen en politici kijken naar elkaar voor een oplossing. Wie gaat de rekening betalen als er 425 miljoen euro op de ov-studentenkaart wordt bezuinigd? Ze geven de hete aardappel graag door.

In het regeerakkoord staat dat de ov-studentenkaart een kortingskaart wordt, maar dat idee blijkt niet in beton gegoten. De oppositie mag best meepraten. Onderwijsminister Bussemaker liet weten dat ze nadenkt over “een alternatief vervoersarrangement”. Samen met staatssecretaris Mansveld van Vervoer gaat ze verschillende opties tegen het licht houden om studenten zo goedkoop mogelijk te laten reizen.

Trajectkaart
Wie weet is een trajectkaart een goed alternatief, zegt PvdA-kamerlid Mohammed Mohandis begin februari 2013. Dan kunnen studenten gratis naar college of naar hun stage reizen. Dat zou alvast wat pijn verzachten. Voor hun vakantietripjes en familiebezoek moeten studenten dan zelf betalen, maar ze zouden nog altijd gratis kunnen reizen voor hun studie.

Dus richten alle ogen zich op de vervoersmaatschappijen. Als die ermee akkoord gaan, zou de zaak al bijna beklonken zijn. Maar zo’n trajectkaart is niet haalbaar, zegt voorzitter Jan Breugem van de Stuurgroep ov-studentenkaart, waarin alle vervoerders samenwerken. Dit alternatief levert volgens hem te weinig op. Helemaal omdat het resterende budget over een grotere groep verdeeld moet worden; ook mbo’ers onder de 18 krijgen een ov-kaart.

Hij maakt een simpel rekensommetje. Een bezuiniging van 425 miljoen euro is meer dan de helft van het totale budget (een kleine 800 miljoen) voor de ov-studentenkaart. “Het traject van huis naar de instelling slurpt al een groot deel van de gereden kilometers op”, aldus Breugem. “Als je dat vervoer gratis houdt, kun je dus nooit meer dan de helft bezuinigen.”

Lokale oplossingen
Maar waarom zou je in deze tijd nog een landelijke studentenkaart maken? Henk Doeke van Waveren van consultancybureau Goudappel Coffeng adviseert overheden over hun ov-beleid. Hij speelt de bal door aan onderwijsinstellingen en regiovervoerders. Voor studenten die stage lopen, zouden instellingen wellicht een tijdelijk abonnement kunnen afsluiten, oppert hij. Dankzij de ov-chipkaart moet dat technisch geen probleem zijn.

Ook reclamemakers kunnen gaan warmlopen, verwacht hij. Instellingen zullen zich prima kunnen profileren met de ov-deals die ze voor hun studenten afsluiten. Kom bij ons studeren en je mag gratis met de bus! Is dat een wervende slogan of niet?

Paul Rüpp, collegevoorzitter van Avans Hogescholen, denkt van niet. Zelf wil hij best eens met regionale vervoerders bespreken of studenten tijdens hun stage voor een zacht prijsje een trajectkaart kunnen krijgen. “Dat zou voor een groot deel van onze studenten een hele opluchting zijn.” Maar hij piekert er niet over om reclame te maken met een eigen Avans-vervoersarrangement voor thuiswonende studenten. “Als onderwijsinstelling gaan wij geen inkomenspolitiek bedrijven. Ik pleit voor landelijke afspraken.”

Na de ochtendspits de bus in
Landelijke afspraken, dus. Dat brengt ons terug bij de vervoersbedrijven, want met hen zal het kabinet die afspraken moeten maken.

Zij hebben nog wel een oud idee dat van stal kan worden gehaald. Studenten mogen dan belangrijke klanten zijn voor ov-bedrijven, ze zorgen ook voor de nodige problemen. Vooral in de spits. Waarom geef je studenten geen fikse korting als ze reizen in de daluren en laat je ze de volle mep betalen in de spits? Dat zou volgens ov-adviseur Van Waveren het beste zijn.

Ga maar na: als 1000 reizigers allemaal op hetzelfde moment willen reizen, heb je bussen en treinen voor 1000 reizigers tegelijk nodig. Veel van die bussen en treinen rijden daarna leeg verder of terug. Je zou met de helft toekunnen, als je eerst 500 reizigers hebt en een uur later nog eens 500.

“Bedrijven moeten materieel inkopen op het aantal reizigers dat zij vervoeren in de spits”, vat Van Waveren samen. Dat is een dure grap, en voor een deel ook nog eens weggegooid geld omdat veel bussen en treinen in de daluren stil staan. Later inroosteren zodat studenten pas na de spits hoeven te reizen, kan een forse besparing opleveren.

Zo gooien de vervoerders de hete aardappel weer terug naar de onderwijsinstellingen, al hebben ze er weinig vertrouwen in dat die hem willen vangen. Ze proberen studenten al langer uit de spits te krijgen en Breugem (van de Stuurgroep ov-studentenkaart) weet nog hoe dat in het verleden ging. “De bereidheid bij instellingen om de roosters aan te passen is niet groot.”

Het is inderdaad “ingewikkeld” om alle colleges buiten de spitsuren te roosteren, beaamt collegevoorzitter Rüpp van Avans. Zijn hogeschool trekt studenten van heinde en verre die allemaal naar Breda, Tilburg of Den Bosch reizen. “We hebben wel eens geprobeerd om ’s avonds nog colleges te geven”, zegt Rüpp. Maar dan komen studenten volgens hem in de problemen met sport en andere sociale activiteiten. “Bovendien zijn we de laatste jaren bezig om het aantal contacturen te verhogen, waardoor de ruimte om te schuiven kleiner wordt.”

Toch een beetje buiten de spits
Maar Rüpp is wel op een idee gebracht. Meer flexibele roosters zijn wellicht geen gek idee. Eigenlijk heeft zijn hogeschool hetzelfde probleem als de vervoersbedrijven. Collegezalen staan soms uren leeg, terwijl er op andere momenten te weinig ruimte is voor alle studenten. Vaker ’s avonds colleges inroosteren zou een deel van dat probleem oplossen. “Ik kan me voorstellen dat studenten een kaart krijgen waarmee ze één of twee keer per week in de spits mogen reizen. Dat is al complex genoeg voor onze roostermakers.”

Ov-kosten

Een voorbeeld: een student die bij zijn ouders woont in Geldermalsen en in Utrecht studeert, is per dag 10 euro kwijt aan een treinretourtje. Krijgt hij 40 procent korting, dan betaalt hij 6 euro per dag. Als hij vier keer per week naar Utrecht moet, kost dat hem 96 euro per maand. Om de kosten niet verder op te laten lopen, moet hij dan wel lopen of fietsen naar de collegezaal. Gaat deze student met de auto dan kost hem dat 19 cent per kilometer: rond de 14 euro per dag, oftewel 224 euro per maand. Fietsen is gratis maar hoe leuk is om vier keer per week twee uur heen en twee uur terug te peddelen? 

Al met al wordt het niet eenvoudig om een alternatief voor de ov-kaart te verzinnen, verwacht ov-consultant Van Waveren. “Dit is zo’n ingewikkeld dossier dat het moeilijk is om afspraken te maken.”

Studenten zelf…
Studenten zijn de laatste die het kabinet uit de brand zullen helpen. Zelf de reiskosten betalen is voor het ISO en de LSVb onbespreekbaar. Een alternatief hebben de studentenorganisaties niet. Ze kunnen de bezuiniging alleen maar afraden.

Als het moet, slepen ze de hele kenniseconomie erbij. Zodra reizen duurder wordt, kiezen studenten niet meer voor de opleiding die het best bij hen past, maar voor een opleiding in de buurt. Gezien de kamernood en de oplopende studiekosten wordt verhuizen ook steeds duurder. De hele bezuiniging moet dus van tafel, vinden ze.

De bal ligt weer in de Tweede Kamer. Daar mogen politici hem oppakken.

Studenten in de auto

Ooit stond een auto voor vrijheid, volwassenheid en vrijen op de achterbank. Maar jongeren rijden steeds minder auto, blijkt uit de Mobiliteitsbalans 2012. Niet alleen in Nederland, maar in heel Europa verliest de auto zijn charme voor jonge twintigers. Zelfs in Amerika, waar autogebruik in de genen lijkt te zitten, kiezen meer jongeren voor alternatieve manieren om zich van A naar B te verplaatsen. Maar de dalende populariteit van de auto heeft in Nederland minder invloed op het totale aantal gereden kilometers dan in andere landen. Reden? De invoering van de ov-studentenkaart in 1991. Dankzij de mogelijkheid om gratis te reizen, zitten Nederlandse jongeren al veel minder in de auto dan hun leeftijdsgenoten elders. Eenmaal afgestudeerd, blijven ze het openbaar vervoer vaak trouw.

 

Auteur: Petra Vissers

Advertentie