Rapport roeiverenigingen: weer pleziervaart van Merwedekanaal

Wethouder Paulus Jansen ontving het roeirapport uit handen van Orca-vedette Inge Janssen en Triton-topper Kaj Hendriks. Foto: Marjolein Snellink

Laat gemotoriseerde boten alleen met een vergunning toe tot het Merwedekanaal. Dat is een van aanbevelingen in een rapport dat de drie Utrechtse roeiverenigingen hebben laten opstellen. De roeiers vrezen toenemende drukte en meer onveilige situaties op het kanaal.

In het rapport ‘Roeien in een topstad’ (pdf) wordt erop aangedrongen de vaarroutes van rondvaartboten en plezierboten zoveel mogelijk te beperken tot de grachten en singels in de binnenstad. Gepleit wordt voor een ‘zonering van het watertoerisme’ in Utrecht. Voor kano’s en de hippe stand-up peddelaars zou de Kromme Rijn en andere waterwegen aan de oostkant van Utrecht kunnen worden gereserveerd.

In deze visie blijft het Merwedekanaal voornamelijk het terrein voor de roeisport en de scouting. Gemotoriseerd vaarverkeer krijgt dan alleen met een vergunning toegang tot het kanaal. Zo kan voor onderhoudsdiensten en eigenaren van de woonboten een uitzondering worden gemaakt.

Orca-vedette Inge Janssen is mede-opsteller van het rapport. Samen met Triton-topper Kaj Hendriks overhandigde zij het rapport maandag in het Utrechtse stadskantoor aan wethouder Paulus Jansen. De twee studentenroeiverenigingen en ‘burgervereniging’ Viking willen het Utrechtse stadsbestuur met het rapport wijzen op enkele grote bedreigingen voor de roeisport.

De Utrechtse roeiers maken zich al geruime tijd grote zorgen over de ontwikkelingen rondom het Merwedekanaal. Door de groei van de stad Utrecht wordt er steeds meer gebouwd in de omgeving van het kanaal. Het roeiwater van de verenigingen komt door hierdoor steeds ‘dichter’ bij het drukke centrumgebied te liggen. 

Ook bestaan er plannen voor het doortrekken van de Leidsche Rijn naar de Utrechtse Singel. Dit zou 'een rondje Utrecht varen' via het Merwedekanaal mogelijk maken.

Deze trend kan enerzijds leiden tot meer levendigheid en sociale veiligheid rond het kanaal, zaken die door de roeiers worden verwelkomd. Maar daar staan enkele negatieve gevolgen tegenover: meer recreatievaart, meer steigers en aanlegplekken, meer bruggen, meer zwemmers en de komst van watertaxi’s en rondvaarboten. De roeiverenigingen voorzien een onduidelijke en onveilige situatie op het kanaal.

Volgens het rapport is de roeisport in Utrecht nu al erg krap bemeten. De 2200 leden van de verenigingen moeten het doen met een traject van 5 kilometer met bochten van maximaal 30 meter breed. Veel minder dan roeiers in andere steden, zo laat een bijlage zien. Bovendien moeten de roeiboten op het Merwedekanaal onder smalle bruggen door laveren.

“Een training op het Merwedekanaal is te vergelijken met een 100 meter sprint van Dafne Schippers, terwijl ze onderweg moet stoppen om haar veters te strikken”, stelt oud-Olympiër Sjoerd Hamburger in het rapport.

Volgens de verenigingen moet het Merwedekanaal daarom in de eerste plaats als buitensportaccommodatie worden aangewezen waar roeiers de ruimte krijgen. De omgeving van het kanaal kan dan worden ingericht voor fietsers, joggers en wandelaars.

Daarnaast herhalen de roeiers in het rapport hun grote wens: een watersportbaan van 2 kilometer lang. In Amsterdam en Rotterdam hebben de toproeiers de mogelijkheid om van de Amstel en de Rotte uit te wijken naar echte wedstrijdbanen in de stad. Ook de Utrechters zouden maar wat graag zo’n mogelijkheid krijgen. Het oude plan om een baan neer te leggen in de polder Rijnenburg is volgens het rapport nog steeds haalbaar.

Over de mogelijkheid van een roeibaan in De Uithof die het Utrechtse universiteitsbestuur op dit moment onderzoekt, zegt het rapport niets. De plannen hiervoor zijn te vaag. Bovendien bestaat de angst dat deze het gevoel van urgentie om iets te doen aan het Merwedekanaal dwarsbomen, zo is in roeikringen te horen.

Advertentie