Laat ons meedenken over onze bestuursbeurzen

Laat studenten meedenken over wat een eerlijke verdeling van bestuursbeurzen is, schrijft Guido van Seeters van de Partij voor de Utrechtse Student.

Iedere drie jaar wordt de verdeling van de bestuursbeurzen voor studentbestuurders aan de UU en HU herzien. De laatste verdeling dateert uit 2010 en besloeg zodoende de periode tot 2013. Afgelopen najaar heeft de universiteit een nieuwe inventarisatie gehouden en de verdeling voor de periode 2013-2016 opgezet. Hoe deze verdeling precies tot stand gekomen is, blijft voor zowel studentbestuurders als medezeggenschap een raadsel.

Alsof de student de afgelopen tijd niet al genoeg factfreebeleid over zich heen heeft gekregen doet het college van bestuur er bij monde van de afdeling Studentenzaken van Onderwijs & Onderzoek voor studentbestuurders nog een schepje bovenop. In een organisatie is iedereen gebaat bij een eerlijke en open manier van besturen. Daarom hebben we een Wet openbaarheid van bestuur (WOB), vakbonden en medezeggenschap. Hoewel je als student en studentbestuurder ervan uitgaat dat de universiteit beleid maakt dat jou in staat stelt om je studie optimaal af te ronden, is het prettig als daar een bepaalde mate van democratie aan te pas komt.

Helaas is de afgelopen tijd gebleken dat een beetje transparantie de medezeggenschap en studentbestuurders niet gegund is. Vorig jaar bleek uit een brief (pdf) van de besturen van Histos, Orca, Triton en NSU aan de universiteit dat zij het niet eens waren met de verdeling zoals vastgesteld voor de periode 2010-2013. Hen werd vriendelijk verzocht te wachten op de (inmiddels vastgestelde) nieuwe verdeling en voor verdere informatie het ‘Beleidskader Financiële Ondersteuning Studentenorganisaties’ van de UU en de HU te raadplegen.

Hier lopen we tegen probleem nummer één aan: het huidige beleidskader is uit 2009 en gaat uit van een clusterverdeling (met clusters als ‘gezelligheid’, ‘cultuur’, ‘sport’, etc.). In de nieuwe verdeling bestuursbeurzen is de clusterverdeling echter losgelaten. De nota (pdf) legt uit: “In plaats van voorafgaand aan de toetsing de beurzen te verdelen over de clusters, is dat achteraf gedaan om een evenwichtigere verdeling van beurzen te bewerkstellingen (sic)”. Los van het feit dat dit betekent dat studentbestuurders niet geëvalueerd zijn aan de hand van het beoordelingskader dat hen gepresenteerd werd, betekent het bovenstaande citaat zoveel als “we verdelen het als volgt en verzinnen achteraf wel een onderbouwing” - en dat beschrijft overigens de air van de gehele nota.

Want ook de twee beperkte en ondoorzichtige parameters aan de hand waarvan de beurzen worden verdeeld, zijn in werkelijkheid slechts schijnparameters. Er staat namelijk beschreven dat er net zo lang met de parameters is geschoven tot de wenselijke uitkomst op het rekenmachientje tevoorschijn kwam. Dat is dus geen beleid, maar willekeur ingepakt in beleidspapier. En dat brengt ons op ons tweede probleem: gebrekkige medezeggenschap en communicatie.

Beleidskaders aanpassen is normaal en gebeurt continu. Maar daar dient dan wel een kansrijke en eerlijke medezeggenschap tegenover te staan. Want bij veranderend beleid (hoe willekeurig ook) heeft de medezeggenschap instemmingsrecht, dat is het recht om in te stemmen met het beleid of - belangrijker nog - daar niet mee in te stemmen. De nota over de beurzenverdeling ligt echter niet ‘ter instemming’, maar ‘ter informatie’ op tafel. Dat betekent dus een presentatie, een ‘vriendelijk bedankt voor het luisteren en de plezierige samenwerking’ en door naar puntje 5 van de agenda.   

Bovendien is het zoals gezegd erg prettig als je betrokkenen tijdig van op de hoogte stelt van het gewijzigde beleid - in dit geval de studentbestuurders. Net zoals de eerder genoemde verenigingen die een brief stuurden, maakte de Partij voor de Utrechtse Student zich vorig jaar ook al zorgen om de op handen zijnde herverdeling van de beurzen. Om het inmiddels gegeven gevoel van oneerlijkheid, ondoorzichtigheid en teleurstelling te voorkomen hebben we destijds al gevraagd om specifieker inzage te krijgen in de wijze waarop de verdeling gemaakt wordt. En keer op keer hebben we nul op rekest gekregen.

Deze onwelwillendheid en het procedurele gesjoemel wat betreft de status van de nota zou cynischer personen dan wij kunnen doen vermoeden dat men betrokken, geëngageerde studenten helemaal niet op prijs stelt aan de Universiteit Utrecht. Dat men helemaal niet op de mening zit te wachten van hen waar het over gaat. Zo cynisch zijn we gelukkig niet, en we kijken dan ook uit naar de mogelijkheid om mee te denken met het college van bestuur en medewerkers zoals we dat uit voorgaande jaren op andere onderwerpen gewend zijn.

Geschreven namens het bestuur van de Partij voor de Utrechtse Student (PvdUS).

Advertentie