Arts heeft de plicht patiënten goed voor te lichten

Je wordt geopereerd aan een vergroeide wervelkolom, maar de operatie is geen succes. Je vraagt een schadevergoeding voor de dwarslaesie die je hebt opgelopen. Krijg je die? Meestal niet, concludeert de de inmiddels afgestudeerde Myrte Huppes in haar masterthesis. Onrechtvaardig vindt ze dat en komt met een suggestie om daar verandering in te brengen. Deel 1 van de nieuwe DUB-serie waarin elke keer een thesis centraal staat. 

De patiënte met de ernstig vergroeide wervelkolom moest viermaal onder het mes. Al na de tweede operatie bleek dat ze een totale dwarslaesie had opgelopen. Ze kon fluiten naar een schadevergoeding, net als de vrouw die na de operatie aan een vrij onschuldige peesschede-ontsteking een zenuwbeschadiging opliep in haar rechterpols en daardoor haar baan moest opgeven. Een kromme situatie, aldus Huppes (25, master Grondslagen van het Recht). En dat terwijl er zo’n makkelijke en voor de hand liggende oplossing mogelijk is.

Heb je het onderwerp voor je masterthesis – die is beloond met een 8 – gekozen omdat het uit je eigen leven is gegrepen?
“Zelf heb ik gelukkig nooit zo’n situatie meegemaakt, noch iemand in mijn sociale omgeving. Dankzij het mastervak Gezondheidsrecht kwam ik informed consent op het spoor; dat is het recht van de patiënt om voldoende informatie van de arts te krijgen zodat de patiënt weloverwogen toestemming kan geven voor een behandeling. Wordt een patiënt niet volledig geïnformeerd over de risico’s, dan kan hij een schadevergoeding proberen te krijgen voor de rechter. Maar een dergelijke zaak loopt altijd stuk op de bewijslast, het causaliteitsprobleem.”

Waarom proberen deze mensen een schadevergoeding te vragen omdat ze niet waren geïnformeerd over de mogelijke complicaties? Dat kunnen ze toch beter doen op basis van een medische fout?
“Het gaat hier niet om medische missers. Het zijn behandelingen die medisch zijn geïndiceerd en dus min of meer noodzakelijk zijn. De behandeling is volgens het boekje uitgevoerd, maar er is een complicatie opgetreden die nu eenmaal kan optreden. De arts zit fout als hij niks over de mogelijke risico’s heeft verteld. Dan is niet aan informed consent voldaan: het soort informatie dat een patiënt hoort te krijgen voordat hij toestemming voor de behandeling verleent.”

“De patiënt is dus geschonden in zijn zelfbeschikkingsrecht. Het is jouw lijf; jij beslist wat ermee gebeurt. Weet je niet wat er allemaal fout kan gaan, dan kun je ook geen goede afweging maken. Je zou misschien kunnen denken dat de arts, als een soort bijsluiter, de patiënt een A4’tje kan geven met daarop alle mogelijke risico's. Maar elk geval is anders dus zou de arts het elke keer helemaal aan moeten passen. Bovendien is dit heel onpersoonlijk en zou het de vertrouwensrelatie tussen arts en patiënt kunnen schaden. Daarom wordt dat niet gedaan.”

Waarom wordt zo’n schadevergoeding dan keer op keer door de rechter afgewezen?
“Overtreedt een arts zijn wettelijke informatieplicht, dan kan hij aansprakelijk worden gesteld voor schade. Wanneer je schade wilt vorderen, dan zul je als patiënt moeten bewijzen dat je de behandeling achterwege had gelaten als je wist van de mogelijke bijwerkingen. Dat is dus wat patiënten allemaal aanvoeren.

“De rechter zegt nu standaard: het was medisch geïndiceerd, dus had u als redelijk handelend mens toch voor de behandeling gekozen en daarmee de kans op complicaties voor lief genomen. Dan kan de causaliteit tussen het gebrek aan informatie en de medische complicatie niet worden vastgesteld en ketst de schadevergoeding af.”

“Maar ik vraag me af of patiënten altijd voor de behandeling zouden kiezen als ze de risico’s kennen. Daarnaast zou de hele norm van informed consent overbodig worden als de rechter altijd maar aanneemt dat patiënten toch wel voor de behandeling zouden kiezen. De norm is ervoor bedoeld dat jij vooraf alle informatie krijgt en dus zelf kunt beschikken. Je mag dat dus niet voor de patiënt beslissen. Na de ingreep is niet meer te bewijzen wat de patiënt zou hebben gekozen, dus moet daarvóór alles goed gaan.

Dus is een schadevergoeding bij dergelijke gevallen gerechtvaardigd?
“Ik vind het heel onterecht als patiënten geen schadevergoeding krijgen. Als je er na een behandeling slechter uitkomt dan je er in ging, dan is dat lastig te verkroppen. Zeker als patiënten niet goed geïnformeerd zijn en vervolgens aan den lijve moeten ondervinden dat er risico’s waren. Voordat ik begon dacht ik er al zo over en het onderzoek heeft mijn mening alleen maar versterkt.”

De mensen om wie het gaat, zitten met een blijvende fysieke beperking. Biedt geld dan troost?
“Het kan gaan om aanzienlijke bedragen van al snel tienduizenden euro’s. Vaak nog meer. Stel je voor wat een schade je lijdt als je de rest van je leven niet kunt werken of medische zorg nodig hebt. Bovendien gaat er naar artsen ook een waarschuwende werking vanuit als schadevergoedingen wel wordt toegewezen.”

Wat voor suggestie doe je nu?
“Ik stel in mijn thesis voor dat rechters de onmogelijk te bewijzen link tussen de complicatie van de patiënt en het gebrek aan informatie door de arts kunnen omzeilen. Het gebrek aan informatie kan eigenlijk altijd wel worden vastgesteld, omdat daar overeenstemming over moet zijn tussen arts en patiënt. Artsen zijn daarin doorgaans heel integer. In combinatie met daadwerkelijke schade bij de patiënt levert dit gebrek aan informatie in mijn voorstel al recht op een schadevergoeding op. De patiënt is namelijk aangetast in zijn zelfbeschikkingsrecht. De wet hoeft hiervoor niet te worden veranderd. Rechters kunnen gewoon met een ander wetsartikel werken dan ze nu doen.”

Is je scriptie in een stoffige lade beland?
“Na mijn afstuderen vorig jaar heb ik me een tijdje georiënteerd op de arbeidsmarkt. Op den duur heb ik besloten om een wetenschappelijk artikel van mijn scriptie te maken. Ik heb al wat tijdschriften benaderd. Tevergeefs. Er zijn al een hoop auteurs die over de arts-patiëntrelatie hebben geschreven, dus het is niet helemaal nieuw. Ik hoop dat ik het artikel nog wel ergens kan publiceren, maar sinds kort heb ik een baan als juniorjurist bij Das en nu heb ik even andere prioriteiten.

In wat voor valkuilen ben je gelopen tijdens het scriptieproces?
“Ik ben niet echt tegen obstakels aangelopen. Na twee maanden dacht ik klaar te zijn, maar daar kwamen nog drie weken bij omdat ik het flink moest aanpassen na het inleveren van mijn eerste versie. Mijn tweede corrector zat namelijk niet op één lijn met mijn begeleidster. Bij nader inzien bleek mijn begeleidster het eens te zijn met de tweede corrector, al had ze het naar eigen zeggen zelf nooit op- en aangemerkt.

Tevreden over je scriptie?
“Over het eindresultaat ben ik zeker tevreden. Het is een literatuuronderzoek en dat maakt het misschien wat droog, maar het onderwerp is actueel en tot de verbeelding sprekend. Nu maar hopen dat er wat verandert in de praktijk zodat de beroerde positie van de patiënt verbetert.”

Advertentie