UU-onderzoek: naar Anouk luisteren maakt niet nationalistisch

Foto: Steef van Gorkum

Maakt het luisteren van Nederlandse muziek je nationalistisch? “Nee”, is het korte antwoord van socioloog Hidde Bekhuis (29) op die vraag. Hij deed promotieonderzoek naar een mogelijk verband tussen de populariteit van cultuur van eigen bodem en globalisering.

De net gepromoveerde Hidde Bekhuis heeft een achtergrond in de sociologie met nationalisme als specialisatie. “In eerder onderzoek naar de invloed van globalisering op nationalisme werd vaak gevraagd hoe trots mensen op hun land zijn. De antropoloog Edensor, die ik veel aanhaal in mijn proefschrift, stelt dat de mate van de identificatie met het eigen land ook terug te zien is in de herkomst van nationale, culturele producten. Dat kunnen vaderlandse boeken en films zijn die mensen kopen. Hoe sterker de nationalistische gevoelens, hoe populairder de nationale, culturele producten. Die stelling ben ik samen met mijn collega’s en co-promotor Marcel Lubbers van de Radboud Universiteit gaan onderzoeken.”

Een belangrijke vraag uit het onderzoek is waarom vaderlandse koopwaar zo populair is in tijden van globalisering. Het is een manier om vast te houden aan een zekere nationale identiteit, zo wordt in de sociologie gesteld. Bekhuis testte dit. Na vier jaar onderzoek stelt hij vast dat naarmate grenzen vervagen, boeken, films en muziek van eigen bodem populairder worden. In EU-lidstaten komt dit mogelijk nog sterker voor dan in niet-EU-lidstaten. 
 
Bekhuis: “Globalisering kan de mate waarin mensen zich identificeren met het eigen land zowel positief als negatief beïnvloeden. Enerzijds kan het fenomeen zorgen voor een meer op het buitenland georiënteerde houding, anderzijds kan globalisering leiden tot onzekerheid wat leidt tot een sterkere identificatie. 
 
Verrast door de Europese Unie
De Europese eenwording beschouwt Bekhuis als een voorbeeld van een zogenaamd globaliseringsproces, waarbij vrij verkeer van personen, goederen en geld, landen onderling sterker verbindt. Allereerst onderzocht Bekhuis of het verband tussen globalisering en groeiende nationalistische gevoelens echt bestaat. Vervolgens heeft hij gekeken of dit ook tot uiting komt in de populariteit van culturele producten uit eigen land. De socioloog vertelt hoe hij te werk is gegaan. 
 
“Voor het gedeelte over muziek hebben mijn medeonderzoekers en ik de herkomst van de artiesten opgezocht. Ook hebben we gekeken naar de taal waarin ze zingen van alle hits die in de officiële eindejaarshitlijsten hebben gestaan vanaf 1970 in 9 landen: Duitsland, Frankrijk, Groot Brittannië, Italië, Nederland, Oostenrijk, Verenigde Staten, Vlaanderen(België) en Zwitserland. Voor films en boeken hebben we iets vergelijksbaars gedaan maar dan met meer landen en over kortere periodes.” Uit Bekhuis’ analyses komt duidelijk naar voren dat in landen met een meer nationalistisch klimaat en in landen die lid zijn van de EU nationale culturele producten populairder zijn. 
 
Bekhuis is vooral verrast over de invloed van de Europese Unie. In zijn onderzoek wordt Europese integratie beschouwd als een vergevorderde vorm van globalisering. In landen die ‘meer geglobaliseerd’ zijn is er meer aanbod van ‘buitenlandse cultuur’ dankzij culturele uitwisseling. Hierdoor zou je verwachten dat inwoners van EU-lidstaten meer internationaal georiënteerd zijn. “Maar juist in EU-landen hebben mensen blijkbaar de neiging om de nationale cultuur sterker te beschermen”, zegt Bekhuis. “Dat is opmerkelijk, zeker als je bedenkt dat de EU door de jaren heen miljarden heeft gestopt in bijvoorbeeld culturele uitwisselingsprojecten.”
 
Alles is Liefde
Muziek, boeken en films van eigen bodem dragen culturele normen en waarden van het land met zich mee, aldus Edensor. Bekhuis geeft een voorbeeld: “De film Alles is Liefde herkennen wij als Nederlanders omdat we Sinterklaas zien. Dat maakt dat wij ons kunnen identificeren met die film. Edensor stelt dat deze identificatie niet eens bewust hoeft te gebeuren.” Om erachter te komen of de verklaring van die populariteit echt klopt, maakte Bekhuis gebruik van verschillende metingen en vragenlijsten, bijvoorbeeld het World Value Survey-project. Dit project loopt in 52 landen over een periode van 28 jaar. 
 
“Ik beschikte over de gegevens van bijna een half miljoen mensen. Deze gegevens werden gekoppeld aan de mate van globalisering in het land waarin de respondenten woonden.” Opvallend resultaat van dit onderzoek is volgens Bekhuis het duidelijke verschil tussen hoger- en lageropgeleiden. “Dit verschil zou kunnen komen doordat hogeropgeleiden globalisering eerder zien als een kans, terwijl lageropgeleiden globalisering mogelijk eerder als bedreiging ervaren.” 
 
American Idiot, Jan Smit en de Jeugd van Tegenwoordig
Dus heeft Europese eenwording tot meer nationalisme in de lidstaten geleid? Is elke Italiaan die graag naar Pavarotti luistert een nationalist? “Zeker niet”, aldus Bekhuis, “ook al is het aannemelijk om te concluderen dat de Europese eenwording tot sterkere nationalistische gevoelens heeft geleid. Wel kan ik stellen dat nationalisten door middel van het consumeren van culturele producten uit eigen land de identificatie met hun land uitdragen.”
 
Bekhuis ziet mogelijkheden voor vervolgonderzoek. “We hebben niet gekeken naar de inhoud van de nationale culturele producten. Er zijn grote verschillen tussen de onderzochte producten onderling natuurlijk. De hit American Idiot van de Amerikaans band Green Day bijvoorbeeld, die hebben we voor Amerika beschouwd als een nationaal product. Maar als het liedje kent weet je dat het een protest is tegen de Irak-oorlog van voormalig president Bush jr. De vraag is of je zulke muziek mag rekenen tot de nationale culturele producten zoals Edensor stelt.” Daarnaast stelt hij dat vervolgonderzoek onderscheid moet maken in genres. Jan Smit en De Jeugd van Tegenwoordig bijvoorbeeld zijn moeilijk te vergelijken. 

Advertentie