Geen angst meer voor de Eyjafjallajökull

Dat de uitbarsting van de IJslandse vulkaan Eyjafjallajökull vorige maand zo heftig was, komt waarschijnlijk doordat er een prop gestold magma afkomstig van een eerdere eruptie in de weg zat. De druk werd daardoor zo ver opgevoerd dat de prop tenslotte met kracht werd weggeknald. Voor een nieuwe aswolk uit deze vulkaan hoeven we dan ook niet meer bang te zijn.

Het was een onverwachte buitenkans voor geologiestudenten Annique van der Boon en Anouk Beniest. Ze waren toevallig net op veldwerk in Engeland, toen daar de eerste as uit IJsland neerdwarrelde. Met grote vaart en een laag vulkaanstof op hun huurauto reden ze terug naar De Uithof. Daar wordt de as op dit moment met een electronen-microscoop en een electronen-microsonde geanalyseerd door de vulkanologen Manfred van Bergen, Martyn Drury en Igor Nikogosian.

Volgens de Utrechtse onderzoekers blijkt uit de samenstelling van de aswolk waarom de uitbarsting van 14 april zoveel heftiger was dan die van 20 maart. Bij de eerste eruptie kwam silicium-arm, bazaltisch magma tevoorschijn dat zich als lavastromen in de directe omgeving verspreidde. Bij de tweede uitbarsting, die de aswolk produceerde, kwam silicium-rijk magma vrij dat veel minder vloeibaar en veel explosiever is. 

OUD MAGMA

Het silicium-rijke magma is vermoedelijk een semi-gestold restant dat bij de vorige uitbarsting in 1821-1823 in de vulkaan is blijven zitten. Het is ook mogelijk dat silicium-rijk gesteente in de berg door de hitte van het omhoogkomende bazaltische magma smolt. De temperatuur van dat magma van zo’n 1200 graden Celcius is daarvoor hoog genoeg.

Hardnekkig speurwerk tussen de asdeeltjes leverde inderdaad het bewijs op voor een samenspel tussen twee verschillende magma’s: sommige deeltjes hebben namelijk vrijwel dezelfde samenstelling als het silicium-arme bazaltische magma van de eerste uitbarsting. Andere bevatten veel meer silicium. Samen met de mineraalkristallen vertegenwoordigen ze het silicium-rijke magma, het hoofdbestanddeel van het mengsel.

Met deze voorlopige resultaten, verkregen uit nog geen volle gram as, laat het machtige ontwaken van de Eyjafjallajökull vulkaan zich volgens een aannemelijk scenario verklaren. Bazaltisch magma, afkomstig van grote diepte baande zich gedurende langere tijd een weg naar boven. Waarschijnlijk was dit proces al jaren aan de gang. De vrije doorgang naar buiten werd belemmerd door een silicium-rijke ‘prop’ van sterk gekristalliseerd magma of volledig gestold gesteente uit een eerdere periode van activiteit. Deze barrière bevond zich in het centrale deel van de vulkaan ergens onder de gletsjer.

NIEUWE ASWOLKEN?

Het geaccumuleerde bazaltische magma vond een eerste weg naar buiten via een zijwaartse route. Dit leidde tot de eerste eruptie op de flank van de vulkaan. Enkele weken later was de “prop” zover aangetast en onder druk gezet dat hij het begaf en verbrijzelde. Deze latere uitbarsting op de top van de vulkaan produceerde uiteindelijk de aswolk die het vliegverkeer lamlegde. Dat daarbij ook flink wat zwaveldioxide de lucht in ging blijkt uit een verhoogde concentratie aan opgelost sulfaat in het spoelwater van de Engelse as.

Nu deze “oude”  barrière is opgeruimd kan het bazaltische magma makkelijker naar buiten. Het ligt daarmee voor de hand dat de verminderde explosiviteit die we nu zien van blijvende duur zal zijn, waarschijnlijk tot de activiteit volledig ophoudt. De manier waarop de Eyjafjallajökull tot uitbarsting kwam past in het gedragspatroon van andere vulkanen in de “Eastern Volcanic Zone” van IJsland. De buurvulkaan Katla heeft in het verleden ook twee soorten magma geproduceerd. Een vergelijkbaar scenario kan daar leiden tot nog veel heftiger uitbarstingen en veel grotere aswolken.  De vraag is wanneer dat gebeurt.

EH / Perscommunicatie Geowetenschappen

Advertentie