Grote kans op landelijke numerus fixus voor rechten en psychologie

Universiteiten laten mogelijk vanaf volgend jaar niet alle middelbare scholieren toe die rechten of psychologie willen studeren. Een landelijke fixus voor deze twee universitaire opleidingen staat op stapel.

Voor 1 december hopen de rectoren van de betrokken universiteiten overeenstemming te bereiken over het aantal studenten dat elke instelling krijgt toegewezen. Alleen als de fixus voor die datum is aangemeld bij de IB-groep, kan deze in september 2011 in werking treden. De Utrechtse rector Stoof schat de kans dat de fixi er komen op “meer dan vijftig procent”.

De universiteiten geven hiermee volgens de rector een belangrijk signaal af.  “Het aantal studenten blijft maar groeien. Per student krijgen we steeds minder geld. Er komt een moment dat je plafonnetjes gaat aanleggen. Binnen de VSNU vinden we elkaar steeds beter. De noodzaak om samen op te trekken op dit gebied is groot.”

De pogingen om deze twee fixi in te voeren, passen in het beeld dat de Utrechtse collegevoorzitter Yvonne van Rooy opriep tijdens de opening van het academisch jaar. Zij vroeg daar al om een afname van het aantal studenten van tien tot vijftien procent. Ook het rapport Veerman repte over de wenselijkheid van meer selectie van studenten en meer afstemming tussen universiteiten.


Marktaandeel

Stoof vindt dat de blijvend lage rendementscijfers van vooral de rechtenopleidingen drastische maatregelen onontkoombaar maken. “Als je constateert dat nog steeds landelijk slechts een derde van alle studenten na vier jaar een bachelordiploma heeft, dan word je wel droevig. Daar moet je dan toch echt iets aan doen.”

Vooral bij de rechtenopleidingen liggen de zaken echter ingewikkeld. De aantrekkelijkheid van een landelijke fixus is duidelijk; tegelijkertijd wil niemand marktaandeel inleveren. Op dit moment hebben alleen Rotterdam en Leiden een fixus. De laatste universiteit wil echter graag meer studenten. De Utrechtse opleiding liet om dezelfde reden dit jaar de fixus al los. De capaciteitsbeperking bleek zo veel potentiële studenten af te schrikken dat de gestelde maximumgrens lang niet gehaald werd.

Ige Dekker, hoofd van het Utrechtse departement Rechtsgeleerdheid, laat aantekenen dat het Utrechtse bachelorrendement (55 procent na vier jaar) zich positief onderscheidt van het landelijk gemiddelde. Hij acht de invoering van een nationale fixus mogelijk, maar stelt daaraan wel drie voorwaarden. “In de eerste plaats moeten echt alle juridische en aanverwante opleidingen in Nederland meedoen, dus bijvoorbeeld ook fiscaal recht, notarieel recht en internationaal en Europees recht. Verder moet er sprake zijn van selectie; minder plekken dan gegadigden, bijvoorbeeld zo’n tien procent. Tenslotte moet onze financiering ongewijzigd blijven. We gaan daarbij nu uit van 550 studenten in het tweede jaar. Dat aantal moeten we halen, anders kunnen we andere primaire taken niet meer financieren, zoals het masteronderwijs en het onderzoek.”

Voor de Utrechtse rechtenopleiding heeft Stoof nu een maximaal aantal studenten van 750 in gedachten. Dit jaar begonnen meer dan 800 studenten aan de studie.

De Utrechtse psychologen hebben al een aantal jaren een numerus fixus van 500. Daar zal volgens Stoof weinig aan veranderen. Van alle psychologie-opleidingen hebben alleen Tilburg en Twente op dit moment geen fixus.


Decentrale selectie

De rector hoopt dat de rechtenopleiding vanaf 2012 zelf, door een decentrale selectie, de studenten kan uitkiezen. In het eerste fixusjaar is dat nog niet geoorloofd.

Een kleinere stabiele instroom van meer gemotiveerde studenten moet uiteindelijk leiden tot kwaliteitsverbetering van het onderwijs, minder uitval en betere rendementen. Zo kan ook de financiering van de opleidingen op peil blijven. “Met de matchingsgesprekken bij rechten hebben we overigens dit jaar al een aanzet gegeven tot een betere afstemming tussen opleiding en student. Kortom, minder studenten erin, maar hetzelfde aantal met diploma eruit.”

Stoof erkent dat bij invoering van een fixus landelijk minder studenten aan rechten of psychologie kunnen beginnen dan er mogelijk belangstelling hebben. Hij noemt een afname van vijf tot tien procent ten opzichte van het huidige aantal studenten.

De rector stelt dat studenten die buiten de boot vallen, meer dan welkom zijn bij andere opleidingen van de universiteiten, “maar we moeten ons misschien ook eens afvragen of iedereen geschikt met een vwo-diploma geschikt is voor een universitaire opleiding. Voor sommigen is het hbo echt een veel betere optie.”


Zorgplicht

Faculteitsraadslid Maarten Constant staat niet negatief tegenover een landelijke fixus. “Mits deze volloopt. Een stabiele instroom betekent dat je je personeelsopbouw en -inzet beter kunt laten sluiten bij de studentenaantallen. Bovendien kan de opleiding dan gemotiveerde studenten selecteren, wat het onderwijsklimaat en de rendementen ten goede komt. Wel zou de opleiding met name in de eerste drie maanden beter aan haar eigen zorgplicht moeten voldoen en zich actiever moeten opstellen als studenten onvoldoende presteren. Zo komen problemen tijdig in zicht en niet pas nadat het halen van het bsa eigenlijk niet meer realistisch is."

Bovendien stelt Constant: "Dit jaar zijn er voor het eerst ‘studiestartdagen’ geweest bij rechtsgeleerdheid, maar echte selectie is arbeidsintensief en brengt extra kosten met zich mee, terwijl er nu al een nijpend financieel vraagstuk voor de faculteit ligt en het onderwijsmodel ter discussie staat. Als de rector een numerus fixus en de daarbij behorende selectie wil dan is het dus zaak dat er door het college van bestuur extra middelen voor de faculteit beschikbaar worden gesteld."

XB

Advertentie