Je talen leren spreken aan het Domplein

Ga je op uitwisseling naar Parijs en wil je je Frans wat oppoetsen? Was je Spaans ooit geweldig na die wereldtrip, maar begint het nu weg te zakken? Of kom je uit het buitenland en moet je je al door de eerste zinnen van dit artikel heen worstelen? Je kunt een cursus volgen, maar een andere mogelijkheid is een bezoek aan het Language Cafe Utrecht: dé plek om je talenkennis op te vijzelen.  

Na wat gepuzzel lukt het de Chinese Jieyu een zin te formuleren:  “Van welke schrijvers hou je?” “That’s very decent Dutch”, complimenteert de Nederlandse Ruben haar. Het tweetal zit niet in een klaslokaal met whiteboard en beamer, maar in het rustige café De Brasserie aan het Domplein. Een tafeltje verderop wordt in hoog tempo Spaans gepraat. 

logo language caféDe organisatoren vinden het niet makkelijk om het concept van het Language Cafe Utrecht (LCU) in één zin te beschrijven. Ruben Dieleman (Liberal Arts and Sciences) bedenkt uiteindelijk een omschrijving: “We zijn inofficieel, non-profit en vrijblijvend en hebben als doel om studenten elkaar te laten helpen nieuwe talen te leren.” Het idee: in Utrecht wonen veel mensen die buitenlandse talen spreken en zij kunnen van elkaar leren. Dus, bij LCU kunnen buitenlandse studenten langskomen om al kletsend hun Nederlands (of een andere taal) te oefenen en op hun beurt hun moedertaal aan anderen te leren. Dit alles in een ongedwongen atmosfeer en onder het genot van een glas wijn of een kop kruidenthee.

Tandem
Bij het Spaanse groepje probeert Anne (Taal- en Cultuurstudies) het snelle gepraat van een paar natives te volgen. Ze rondde bij haar studie een beginnersvak Spaans af en kwam de afgelopen weken geregeld naar LCU. Anne: “Tijdens de lessen leer je toch vooral woordjes en grammatica. Hier kun je echt leren spreken en bijvoorbeeld je uitspraak verbeteren.” De moedertalers luisteren later hoe Anne in nog wat onzeker Spaans iets probeert te vertellen.

Xavier Pardonnet zit ook in de organisatie. Hij komt uit Frankrijk en rondde hier een master informatica af: “Aan het begin van de avond vragen we iedereen welke taal of talen ze graag willen oefenen. Vervolgens verdelen we de mensen in groepjes per taal. Als het nodig is, kunnen we ze ideeën voor gespreksonderwerpen geven, en soms doen we ook taalspelletjes. Meestal is dat niet nodig en loopt het vanzelf.” Dat lijkt ook nu het geval: aan alle tafels wordt gezellig gepraat. Later op de avond vormt Xavier met een ander meisje ‘het Franse groepje’, maar hij heeft het Nederlandse studentenjargon ook al goed onder de knie. Al converserend met een Roemeense jongen antwoordt hij op een waarom-vraag met de populaire zinsnede “omdat het kan”.

Verderop drinkt de Duitse Sacha, post-doc Biologie in Wageningen, een kop koffie. Hij spreekt al vloeiend Nederlands, maar komt toch graag naar LCU. “Want ik praat af en toe nog wel erg ‘Duits Nederlands’; dan vertaal ik het Duits veel te letterlijk.” Sacha leert naar eigen zeggen het meeste van een ‘tandem’: dan spreekt hij één op één met een Nederlander die zijn fouten verbetert, waarna hij een tijd naar het Duits-met-accent van zijn gesprekspartner luistert. “Dat is echt de beste vorm om vooruit te gaan.”

Gênant
Vanavond zijn er zo’n twintig mensen naar het LCU gekomen, wat iets minder dan de gemiddelde opkomst is. De deelnemers bestaan normaliter uit een kleine core group van mensen die er elke week zijn, een aantal regulars en dan nog wat nieuwelingen en mensen die maar heel af en toe komen. Een samenwerking met ESN (Erasmus Student Network, een vereniging voor exchange studenten) is op handen. Xavier en Ruben hopen dat hierdoor de groep nog verder zal groeien. Ze vertellen dat de herkomst  van de aanwezigen doorgaans divers is: Engels, Frans, Duits en Spaans worden bij LCU eigenlijk altijd wel gesproken. Af en toe klinken er meer ‘exotische’ talen: Italiaans, Zweeds, Chinees, Grieks, IJslands, Turks… En dan natuurlijk nog Nederlands. Ruben: “Dat is soms een probleem: er zijn veel exchange studenten die graag Nederlands willen leren. Het aantal Nederlandse deelnemers is soms klein en die mensen willen ook genoeg tijd hebben om nieuwe talen te leren.”

LCUJieyu (master Gender and Ethnicity, voor het tweede jaar in Utrecht) werkt intussen nog steeds hard om de conversatie gaande te houden en maakt druk notities in een schriftje. Ze komt geregeld naar het LCU. Jieyu: “Ik doe nu een beginnerscursus Nederlands aan het JBI, maar heb niet echt mensen om mee te oefenen. Hier kan dat wel.” Ze vindt het ook een beetje gênant om Nederlands te praten met mensen die ze goed kent. Hier kan ze over alledaagse onderwerpen praten met mensen die ze nog nauwelijks kent. Wie wil, kan overigens echte vriendschappen ontwikkelen. LCU organiseert af en toe activiteiten buiten de woensdagavonden, zoals picknicks, parties of een filmavond.

Ruben is enthousiast: “De Nederlandse groep is vandaag echt fanatiek aan het werk! Soms komen mensen meer voor de gezelligheid. Maar dat is natuurlijk ook prima.” Hij wordt, niet voor de eerste keer vanavond, onderbroken: “How do you say ‘important’ in Dutch?”

 

Wil je ook een keer langskomen? Kijk op http://languagecafeutrecht.blogspot.com/ voor meer informatie.

Advertentie