Mooi meisje grijpt naast de hoofdprijs

DUB-verslaggever Thijs Kuipers beproefde gisteren tijdens de UIT zijn geluk. Hij ging naar een bijeenkomst waar een jaar collegegeld werd weggegeven. Voor dit hoogtepunt van de dag aan bod kwam, hoorde hij hoe hij zuinig kon leven en welke extravagante dingen hij dus beter niet kon doen. Zoals het huren van een Porsche.

Een grote geldprijs, daarmee werden de eerstejaars op de derde UIT-dag naar de Janskerk gelokt. Er werd een volledig jaar collegegeld verloot op een bijeenkomst over geld. Ik nam een rood-doorzichtig varkentje aan, daar zat mijn lot in, en ging naar binnen. Vijftig meter later moest ik het teruggeven: als je een stukje schrijft, mag je geen geld winnen.

Er bleken twee bijeenkomsten te zijn. Voordat het onderwerp geld aan de orde was, ging het eerst over politiek. De Studentenvereniging voor Internationale Betrekkingen (SIB, ‘de gezelligheidsvereniging met inhoud’) verzorgde namelijk een politiek debat met Ronald Plasterk en Rita Verdonk.

De gespreksleider werd aangekondigd door iemand van SIB. “Dhr. Van der Linden is een Nederlandse journalist. Hij maakt 30Hoog en presenteert Kunststof voor de NPS.” Voor Kunststof moest ze even spieken. Frénk van der Linden merkte op dat hij maar drie jaar journalistiek had gestudeerd, en nu als een heer werd aangekondigd op de universiteit.

Vervelende mededeling: het Kamerlid Plasterk moest in Den Haag zijn vanwege het debat. Verdonk, geen Kamerlid, ook. Wat volgde was een debat met diverse voorzitters van politieke jongerenverenigingen en een econoom van de Rabobank. “U stelt me echt op de proef,” zei die laatste toen hij van Van der Linden argumenten tégen zijn eigen standpunt moest geven.

De jongen van het CDjA (jasje, geen dasje) vertelde bij zijn introductie dat er buiten een standje was van zijn partij. Je kon lid worden. Aan het einde stak hij de gespreksleider nog een briefje toe: morgen zou minister Van Bijsterveldt (zelfde partij) spreken op Unitas. Deze twee boodschappen zijn het best bij mij blijven hangen - hij zal een goed politicus worden.

Toen Van der Linden had afgesloten met de woorden ‘moedig voorwaarts’ en de vrouw van SIB de deelnemers bedankt had, kwam Jort Kelder gelijk naar voren lopen .”We gaan gelijk door,” zei hij dan ook, en om het ijs te breken voegde hij er aan toe: “Ik heb vandaag gele bretels aan.”

Jort Kelder was iets te vroeg, want de dame van wie hij verwachtte dat zij hem zou introduceren, had nog geen microfoon. Het toneel moest nog veranderd worden en ook met het geluid moest nog iets gebeuren. Kelder ging even op het trapje zitten. Hij praatte wel door, hij had dit eerder gedaan, hij hield onze aandacht. Hij zei dat hij voorbeelden had en daarna een quizje, maar eerst ging een vrouw van de organisatie de boel inleiden.

Omdat de twee programmaonderdelen zo naadloos in elkaar overliepen, dacht ik dat het geldgedeelte ook van SIB was, maar dat bleek niet te kloppen. Een strak geklede jongedame legde uit waar ze van was. Ze praatte snel. Het programmaonderdeel heette ‘slim studeren=geld beheren’, en ze gingen ons, studenten, helpen om uit de schulden te blijven.

Hoewel er twaalf trainers waren opgeleid om ons de nodige financiële discipline bij te brengen, kregen we vandaag onderwijs van Jort Kelder, zelf ook ooit student aan de Universiteit Utrecht. “Ik ben een slechte trainer,” zei hij, “ik ben niet goed met eigen geld, alleen maar met geld van een ander.”

Vijf lessen en een dozijn quizvragen later - zoals ‘school is voor sufferds’, ‘weesch zuinig’ en het kost 677 euro per dag om een Porsche Carrera 911 4s cabrio te huren - vertelde Kelder dat het ‘onzinvragen’ waren. Daar hoorde een onzinprijs bij, het meisje dat had gewonnen kreeg bretels.

Kelder was inderdaad geen goede budgettrainer, maar kon aanstekelijk over geld vertellen. Aan het eind riep hij de échte trainers op het podium. Ze gaven desgevraagd tips. “Je kan naar tweedehands winkeltjes gaan,” zei de een. “Je kan tachtig centsmaaltijden eten,” zei de ander. Ik begreep waarom ze de presentatie door een slechte budgettrainer hadden laten doen.

De klapper kwam natuurlijk op het eind, de Grote Geldprijs. Deze werd gewonnen door een jongen die, eenmaal op het podium, gelijk meldde dat hij niet uit Utrecht kwam. Dat vond niemand erg. Kelder suggereerde dat hij de prijs daarom misschien aan een mooi meisje in de zaal kon geven. Zo konden we gelijk zien of de gelukkige prijswinnaar iets had opgestoken van het voorgaande. Dat had hij, hij hield de prijs zelf. De regel ‘maak lol’ legde het af tegen de regel ‘weesch zuinig’.

Advertentie