Gevaarlijk fietsen in De Uithof

Aan: planologen@uu.nl
Betreft: Gevaarlijk fietsen in De Uithof
Bijlage: anachronisme in 2015

Ha Art,
Ook in De Uithof is het nieuwe studiejaar van start gegaan. Als ik op mijn fiets naar De Uithof vertrek, ben ik ’s morgens niet meer een van de weinigen. Wat een gezellige drukte. Al die jongelui, fris en monter op weg naar hun eerste college of werkgroep. Vrolijk babbelend beweegt een eindeloze rij fietsers zich in hetzelfde tempo over de prachtig aangelegde terracotta fietspaden.

Het is heerlijk om in zo’n peloton meegezogen te worden. Ik bevind me tussen rugzakjes in allerlei bonte kleuren; er zitten zelfs chique leren exemplaren bij. Medewerkers zijn meestal te herkennen aan de beter onderhouden fiets met een tas die op listige manier achterop de bagagedrager wordt meegevoerd.

Door het mooie weer is iedereen luchtig gekleed en goed gehumeurd. De fietsen zelf zijn echter niet allemaal even opgewekt. Er zijn kreunende en piepende exemplaren bij. Ook ritmisch tikkende onderdelen dragen hun steentje bij aan de muziek van deze bonte optocht. Links en rechts voegen zich fietsers in de slang en dat gaat allemaal vanzelf. Een organisch geheel dat zich rustig peddelend naar De Uithof beweegt.

Alles gaat goed Art, zolang alle rijders in het peloton zich maar dezelfde kant op bewegen en iedereen zich aan het tempo houdt. Want eenmaal in beweging is het zaakje niet meer te stoppen.

Dat de fietspaden niet echt op zo’n hoeveelheid fietsers berekend zijn, ontdek je al gauw als onervaren groentjes denken dat inhalen tot de mogelijkheden behoort. Dat gaat niet, want de colonne beslaat al ruim meer dan de helft van het fietspad, zodat de tegenliggers bij dat soort manoeuvres slingerend in de berm verdwijnen om het vege lijf te redden.

Nog fraaier wordt het, als plotseling fietsers voor rood licht moeten remmen omdat hun voorgangers ze nét door rood rijdend gelost hebben. Op kop van het peloton gaat dat nog goed, maar in de mongolenwaaier wordt de druk alsmaar groter en begint de bus steeds verder in elkaar te schuiven. Er ontstaat een bult die zich tot buiten het fietspad uitbreidt.

Gewone fietsers zijn over het algemeen erg verdraagzaam en beschaafd. In tegenstelling tot die bidonsstrooiende, gestreste stoempers, met van die geile pakjes aan. Ze schreeuwen niet, bellen niet en gunnen elkaar de ruimte. Maar hoelang blijven die fietsers in De Uithof nog zo verdraagzaam Art? De automobilisten snijden er elkaar al schuimbekkend de berm in om een meter verder te komen in de file van en naar De Uithof. Is onze fietsers dat lot ook beschoren?

Na zo’n twintig jaar planologisch geweld wordt de centrale verblijfsruimte van onze universiteit schitterend doorsneden met de drukste OV-ader van de stad Utrecht. In dit hart verblijft de jonge aanwas knus op zogeheten groene “scherven”. Daar komt nog een tram bij. Eromheen autowegen die ’s morgens en ’s avonds al totaal dichtgeslibd zijn. En we groeien ongebreideld door. Studentenwoningen, TNO, Science Park.

 Art, klopt het dat je de fiets permanent uit dit hart hebt weggepland? Het skoekeloen in gereden?

Tags: fiets | verkeer | auto | tram | baaierd

Advertentie