De kruidenmolen

Mijn broer zit achterover op zijn stoel en staart naar zijn telefoon terwijl ik mijn jas ophang. We eten wel vaker samen en dus lijkt mijn aanwezigheid zijn dagelijkse gewoonten niet in de weg te staan. Plots staat hij op en loopt hij enthousiast naar het keukenkastje. "Ik was vandaag in de Lidl…" begint zijn verhaal. Hij praat over hoe zijn kruidenkastje altijd een zooitje was tot hij vandaag bij de Lidl kwam. Ik noem hem een burger en pak een flesje bier uit de koelkast.

Zijn verhaal gaat verder en hij toont mij een kruidenmolen. Een soort rekje dat ronddraait en waar je je verschillende kruiden in kan hangen. De molen zet je dan makkelijk op je aanrecht of in je kast en zo heb je nooit meer het probleem dat je door een bos van kruiden heen moet kijken om de juiste te vinden. Aan mijn broer zijn hoofd zie ik dat hij trots is op het object en hij draait het ijverig rond. "De kruiden heb ik er al in gedaan. Je kreeg er bijpassende glazen potjes bij!" Als een kleuter van 2 meter groot staart hij mij aan alsof hij de grootste problemen van de wereld ongedaan heeft gemaakt.

De bakken bij de Lidl zijn precies getarget op mijn familieleden. Producten die je niet verwacht te vinden in een supermarkt liggen daar verspreid als studenten in een verpleeghuis. Mijn vader ging vroeger altijd op zondag naar de lokale Lidl om broodjes te halen. Meer dan eens kwam hij dan thuis met dezelfde lach die ik nu op mijn broers gezicht zie: "Kijk ik heb een schuurapparaat gekocht." Broodjes had hij dan juist niet bij zich.

De uien worden gesneden en mijn broer warmt olie op in een pan. Het probleem met de kruidenpotjes in de molen, dat ik al eerder had aan zien komen, spot hij nu ook. De identieke potjes zijn uiteraard niet gelabeld en dus steekt hij zijn vinger in een potje met gele kruiden, en steekt het daarna in zijn mond. "Kurkuma denk ik", hoor ik hem mompelen. Ik bekijk het tafereel en glimlach.

Mijn broer geeft nog een draai aan de molen en proeft een volle vinger cayennepeper. Ik verplaats naar het balkon om de laatste zonnestralen mee te pakken voordat ze achter de watertoren verdwijnen. Ik lees het nieuws op mijn telefoon en kijk nog eens over het complex vol met starters en hippe eetplekjes. Mijn broer loopt het balkon op met een pan vol spaghetti en zet het voor mij neer. Hij vraagt naar mijn studie en ik naar zijn werk. De geur van de spaghetti vult het balkon. Ondanks dat het origineel en gedurfd is, blijf ik pasta-pesto met kaneel een rare combi vinden.

Advertentie