Doktersbriefje eisen is onhoudbaar

Dat een zieke student bij het missen van een tentamen een doktersbriefje moet inleveren is volgens campuscolumnist Ruud Schotting een volstrekt onhoudbare eis.

Sommige dingen zijn te vreemd om waar te zijn. Voorbeeld: de houdbaarheidsdatum van keukenzout. Het oudste zout schijnt maar liefst 600 miljoen jaar oud te zijn en het zout in de Nederlandse bodem meer dan 200 miljoen jaar. Toch heeft een of andere grapjas (vermoedelijk in Brussel?) bedacht dat zout kan bederven. En als zout bederft dan is dat natuurlijk uiterst schadelijk voor onze tere gezondheid. Daarom staat er tegenwoordig op alle potjes en pakken zout: ‘Tenminste houdbaar tot 18 April 2015’ (of een andere willekeurige datum in de zeer nabije toekomst…). Tip: Check uw keukenkastjes even, want wellicht is uw zout al over de houdbaarheids datum heen! U loopt echt een heel groot gezondheidsrisico. Neem gepaste maatregelen!

Zo zijn er meer vreemde regels en procedures die bedacht zijn en volstrekt onuitvoerbaar en zinloos blijken. Maar ze worden wel bedacht, en… we moeten ons er natuurlijk ook aan houden. Dat spreekt voor zich.

Voorbeeld: Het doktersbriefje. Een waarlijk briljante uitvinding. Er blijkt een positieve correlatie te bestaan tussen het aantal ziek, zwak en misselijke studenten en de datum waarop een tussentoets of tentamen plaats vindt. Ook het aantal rijexamens, theorie rijexamens, begrafenissen, en andere begrijpelijke narigheid neemt explosief toe zodra er een tentamen in zicht komt.

Dat alle griepepidemieën toevalligerwijs altijd samen vallen met de toets momenten is onze Faculteit danig in het verkeerde keelgat geschoten.  Daar gaan we dus wat aan doen: we zullen ze krijgen die slappe studenten! We zetten het ultieme wapen in, het wapen waar niemand van terug heeft: Het Doktersbriefje! Ja, dat zal ze leren, die slapjanussen (m/v). 

Volgens de regel moet een student die ziek is zich naar de huisarts begeven om een briefje te vragen waarin de dokter stelt dat de bewuste student(e) dermate ziek, zwak en/of misselijk is/was dat hij of zij het bewuste tentamen helaas niet kon bijwonen. U denkt natuurlijk dat de dokter onze student begripvol zal aanhoren, enkele troostende woorden zal uitspreken, en vervolgens de vulpen ter hand zal nemen om dan met sierlijke en onleesbare halen een ontroerend Doktersbriefje te concipiëren. Niet dus. 

Vermoedelijk komt onze student niet eens verder dan de assistente van de huisarts en krijgt hij of zij de standaardbrief van de KNMG, het zogenaamde ‘weigeringsbriefje’ uit 2003, in handen gedrukt.  Daarin staat fijntjes te lezen dat de huisarts volgens de richtlijn van de KNMG niet geacht wordt om informatie over zijn/haar patiënt te delen met scholen, werkgevers, autorijscholen, zwemdiplomaverstrekkers, korfbalverenigingen, of wie dan ook. Wel kan onze onfortuinlijke student zich, volgens die zelfde KNMG richtlijn, nog richten tot een onafhankelijk arts, die indien noodzakelijk dan weer bij de betreffende huisarts van de student in kwestie nadere informatie kan vergaren over de ziektegeschiedenis van de student rond het bewuste toets moment. Volgt u het nog?

Als onze student echt ziek is en een tentamen niet kan bijwonen dan moet die student een uiterst merkwaardige opdracht uitvoeren: ergens een briefje gaan halen dat nergens te krijgen is. Het Doktersbriefje is namelijk al geruime tijd over de houdbaarheidsdatum heen. Daar zit immers al een heel raar luchtje aan…!

Advertentie