Vijf tips voor promovendi

Een maand geleden promoveerde Wouter Marra. In zijn laatste bijdrage voor DUB geeft hij zijn vijf meest leerzame tips en dilemma’s voor promovendi. 

Vanaf deze plek heb ik de afgelopen twee en een half jaar geschreven over mijn ervaringen als promovendus. De verdediging van proefschrift is alweer een maand geleden, het was een leuke dag. Ik heb de afgelopen tijd veel stil gestaan bij de afgelopen vier jaar. Ik heb een top 5 gemaakt van mijn grootste dilemma’s en tips voor (komende) promovendi:

1: Doe wat je zelf wilt!
In veel gevallen begin je als promovendus aan een bestaand onderzoeksvoorstel. Dat was ook zo in mijn geval. Ik begon pas echt op te bloeien toen ik durfde af te wijken van wat door mijn begeleider uitgestippeld was. Niet dat het niet goed of onhaalbaar was, maar wat er in een onderzoeksvoorstel staat bleek vooral bedoeld te zijn om geld binnen te halen en was in weinig tijd geschreven. Sta je met beide benen in het onderzoek, dan kom je snel boven de stof te staan. Schroom dan niet het project naar je eigen hand te zetten!

2: Wetenschap kost tijd.
Ik heb me de afgelopen jaren chronisch en ernstig verkeken op hoeveel tijd alles kost. Labopstellingen ontwerpen, presentaties maken, data uitwerken, papers schijven, alles kost meer tijd dan je denkt! Heb je problemen met dit inschatten, zet dan standaard een vermenigvuldig op je planning. Voor papers kom ik vaak uit op eerste inschatting keer 6! (zie ook punt 4.) En besef dat je als wetenschapper geen dertien-in-een-dozijn rapportjes produceert. Als je eerst bij een commercieel bedrijf hebt gewerkt, kan dat heel erg tegenvallen.

3: Kom uit de comfort-zone!
Promoveren is vooral heel veel leren. Ik heb veel geleerd van situaties waar ik in eerste instantie liever niet in wilde verkeren, zoals een keer dat ik een presentatie moest geven waarbij elke 20 seconden de slide automatisch doorging. Doodeng, maar wel heel leerzaam om een duidelijk verhaal neer te zetten. Geef je liever geen presentaties? Geef ze juist! Doe zo veel mogelijk anders dan een standaard PowerPoint: probeer creatieve presentatievormen op congressen, ga op die zeepkist staan of leg je onderzoek uit algemeen publiek. Later zal je amper tijd voor hebben voor dit soort creatieve uitstapjes.

4: Wanneer is het af?
Ik heb geworsteld met het besluiten of een paper af is, of dat ik er nog wat extra analyses op los laat. Door mijn perfectionistische aanleg heb ik vaak gekozen voor het laatste. Dat heeft me veel tijd gekost, maar ik ben wel trots op de resultaten. Perfectionisme is een waardevolle eigenschap in de wetenschap. Maar de grootste valkuil is dat je té lang blijft hangen in details en je er in je eentje op stukbijt. Wees niet bang om in jouw ogen onaf werk met je begeleiders te delen, en beslis samen wanneer het af is.

5: Oefen de verdediging.
 Ik heb vier jaar lang tegen de verdediging van mijn proefschrift opgekeken. Bij elke verdediging was ik diep onder de indruk van promovendi die de meest onmogelijke vragen met verve wisten te beantwoorden. Vlak voor mijn verdediging hebben een aantal collega’s vragen voorbereid en hebben we er een toneelstukje van gemaakt. Goede vragen, want ze kwamen stuk voor stuk langs op de verdediging zelf. Door de oefening wist ik na twee woorden wat de meeste opponenten gingen vragen. De verdediging was daardoor een relatief ontspannen ervaring!

Het waren wat vier fantastische jaren en ik heb ook erg genoten van het schrijven van deze columns, ook heel leerzaam. Lezers, bedankt voor alle leuke reacties en stevige discussies die daaruit zijn voortgekomen! Maar aan alles komt een eind. Wie neemt het stokje van me over?

Advertentie