CAO: ambtenarenstatus blijft

De nieuwe cao voor universiteiten geldt voor twee jaar. Devijftigduizend werknemers krijgen een loonsverhoging van zevenprocent, die in drie stappen wordt verwezenlijkt. Daarnaastontvangen ze in 2000 een eindejaarsuitkering van een half procent,en in 2001 van 0,75 procent.

Verder hebben de VSNU en de vakbonden afgesproken dat hetuniversitair personeel de beschermde ambtenarenstatus behoudt. Dewerkgevers wilden overstappen naar het privaatrecht. Dat zou hen devrijheid geven om flexibeler arbeidsvoorwaarden in te voeren, zoalsprestatieloon. De vakbonden hielden steeds vol dat dat in hethuidige stelsel ook kan.

Zolang de vakbonden weigerden de ambtenarenstatus op te geven,had verder onderhandelen geen zin, stelden de universiteiten beginjuli nog. Een paar weken later zochten ze echter toch weertoenadering. Een maanden slepend cao-conflict is slecht voor hetimago van de universiteiten als werkgever, stelt VSNU-onderhandelaar Theo Peperkamp. Dat kunnen zij zich niet veroorlovenomdat het bedrijfsleven momenteel een zeer aantrekkelijkeconcurrent op de arbeidsmarkt blijkt. De partijen hebben op 20 julibesloten om binnen het ambtenarenstelsel een forse moderniseringvan de arbeidsvoorwaarden door te voeren, zoals een flexibelerbeloningssysteem. Mocht dat op problemen stuiten, dan zullen departijen alsnog overleggen over een overstap naar hetprivaatrecht.

Assistenten-in-opleiding (aio's) krijgen dankzij de nieuwe caoook een loonsverhoging. Voor promovendi in het eerste jaar van hunaio-schap bedraagt die 25 procent, voor mensen in hun vierde jaar 5procent. Het verschil heeft te maken de salariskorting diestartende aio's opgelegd krijgen, omdat ze nog onderwijskrijgen.

De universiteiten betalen de loonsverhoging voor aio's met geldvan minister Hermans van Onderwijs. Hij heeft onlangs 40 miljoengulden beschikbaar gesteld om aio-loopbanen aantrekkelijker temaken.

HOP, IH