Hoe ongemakkelijk is de waarheid over milieu?

milieueducatie aan het Centrum voor Bètadidactiek (nu Freudenthal Instituut) van de UU. Hij studeerde en promoveerde in Wageningen en is daar sedert 1992 universitair docent. Hij is de auteur van het volgende essay.

Wie An inconvenient truth van Al Gore heeft gezien, zal het met me eens zijn dat die film aan het denken zet. Maar misschien heeft u, net als ik, na afloop van de film het gevoel: oké, overtuigend, maar... wat nu? Over die vraag gaat dit essay. Aanleiding? De VN-werelddagen over milieu, waarover het Ublad samen met Studium Generale en Podium - het vakblad voor natuur- en milieueducatie - lunchlezingen organiseert.

Al Gore heeft met zijn film het klimaatprobleem, zonder meer de urgentste en meest verregaande bedreiging van onze planeet, opnieuw op de kaart gezet. Hij staat niet alleen. Industriële leiders in Nederland deden kort geleden een publieke oproep aan de regering voor een actiever milieubeleid. En, niet onbelangrijk, met het nieuwe kabinet hebben we weer een échte en deskundige minister van milieu in de persoon van Jacqueline Cramer (voorheen, onder andere, hoogleraar in Utrecht).

Prachtig. Maar het roept wel de vraag op wat er gebeurd is in de tussentijd. De boodschap van Gore is niet nieuw. We hadden al eerder echte, voortvarende ministers van milieu. Rond 1990 was er enorme aandacht voor milieu met de milieuconferentie in Rio de Janeiro, het broeikasverdrag van Kyoto en in Nederland een hele serie ambitieuze milieuplannen. Waarom is de aandacht voor milieu daarna weggeëbd en hebben we Al Gore nodig om hem weer aan te wakkeren? Wat is er sindsdien misgegaan?

Dát er iets is misgegaan met milieu is een gevoel dat mij geregeld bekruipt. Bijvoorbeeld als ik 's avonds mijn uitschakel-rondje maak langs de stekkers en schakelaars van apparaten in de standby-stand: televisie, subwoofer, koffiezetter, muziekinstallatie, computer, printer, enzovoort. Dat moet slimmer kunnen. Het gevoel komt ook op wanneer ik vijf minuten en mijn leesbril nodig heb om de scharrelham te vinden in het schap van de supermarkt. Of wanneer ik in datzelfde schap ontdek dat een biologische kip meer dan twee keer zo duur is als het pakketje dierenleed ernaast. Dat zou anders kunnen.

Ik heb dat gevoel als mijn kinderen gaap-gebaren maken wanneer ik weer eens - tegen beter weten in - een milieuverhaal afsteek. En ook als ik kijk naar de instroom van studenten voor milieuwetenschappen in het hoger onderwijs, die in 15 jaar is teruggelopen van meer dan 700 tot een schamele 100. En dat terwijl de arbeidsmarkt zit te springen om milieudeskundigen.

Maar het meest voel ik dat er iets is misgegaan, als ik zie wat er veranderd is in onze normen voor comfort, cleanliness en convenience. Ik ontleen die woorden aan Elisabeth Shove, een Engelse sociologe die in haar gelijknamige boek laat zien hoe wereldwijd nieuwe normen voor comfort, persoonlijke verzorging en gemak worden uitgerold over consumenten. Airco's die de temperatuur onder alle omstandigheden behaaglijk houden. Kleren die na een dag gebruik weer langs wasmachine en droogtrommel gaan. Douches die met extra power water spuiten naar lichamen waaraan geen spoortje lichaamsgeur mag kleven. En iets dergelijks geldt ook voor de inrichting van huizen, tuinen, auto's, vakanties en ga zo door. Het trieste toppunt van de trend is, wat mij betreft, de elektrische warmtestraler voor buitenshuis: verwarm uw terras nu, en voor alle komende generaties!

Er is ondertussen wel degelijk iets gebeurd aan milieu in de afgelopen jaren. Bedrijven hebben hun productieprocessen soms radicaal aangepast, emissies van luchtverontreiniging zijn sterk gereduceerd en smog en stank komen minder voor dan dertig jaar geleden. Hier en daar zijn zelfs producten aangepast. Philips bijvoorbeeld heeft veel gedaan aan milieuvriendelijk productontwerp - met Jacqueline Cramer als adviseur - en haalde het afgelopen jaar vijftien procent van zijn omzet uit groene producten. Unilever maakt zich zorgen over de duurzame visvangst en heeft milieuorganisaties ondersteund om het MSC label voor duurzame vis in het leven te roepen. De ontwerpers van de grootste Nederlandse internet-database voor hergebruik - ik bedoel marktplaats.nl - zijn inmiddels miljonair.

Maar tegelijkertijd zijn producenten én consumenten doorgegaan in de hierboven genoemde milieuonvriendelijke trends. Er zijn nog steeds veel, en meestal goedkopere, milieuschadelijke producten en de campagne voor comfort, cleanliness en convenience wordt onverminderd aangewakkerd.

Om dat tij te keren hebben we natuur- en milieueducatie ingezet. Op scholen kregen jongeren te horen dat de trends die buiten volop gaande waren milieuonvriendelijk waren. Dat ze milieubewuster moesten handelen. Dat heeft ook resultaat gehad. Cijfers tonen aan dat milieueducatie op scholen positieve invloed heeft op hoe mensen later over milieu denken en er mee omgaan. Maar te weinig om de trends te keren. Erger, milieu is het land van 'moeten' geworden. 'Offerbereidheid' heet dat in het jargon van de opiniepeilingen. Niet echt een concurrerende boodschap. Nog afgezien van het feit dat tegenover elke euro voor milieueducatie 100.000 euro voor productreclame staat.

We hebben, kortom, het bedrijfsleven aan het werk gezet, en wel op zo'n manier dat bedrijven het nuttige (milieubesparing) en het aangename (winst) konden combineren. Maar we hebben in het beleid niet doorgepakt. Zo zijn burgers en consumenten blijven zitten met onaangename en lastige keuzes. Wie voor het milieu kiest, moet rekening houden met rompslomp, duurdere producten en een minder 'cool' imago. Dat kan beter en slimmer. Laten we het daarom andersom doen: de ingewikkelde en lastige keuzes leggen bij de overheid en bedrijfsleven, en de leuke milieuactiviteiten bewaren voor de burger-consument.

Apparaten worden verplicht energiezuinig; voor stand-by verzint de industrie maar iets beters. Milieuonvriendelijke producten worden duur omdat er flinke belasting komt op energie, water, milieuvervuiling, dierenleed en verspilling van materialen. Dat maakt het stukken makkelijker om als consument de goede keuze te maken. Het leven wordt duurder, maar niet in alle opzichten. Wat aan belasting op milieueffecten wordt geïnd, wordt geïnvesteerd in een reductie van de belasting op arbeid. Eenvoudig gezegd: die warmtestraler wordt een kostbare hobby, maar 's ochtends een koffie en croissantje in een café, de kapper en de reparatie van de fiets worden goedkoper. Naar een theater of popconcert is gemakkelijk te betalen, als u tenminste met de fiets of het openbaar vervoer gaat.

Natuurlijk is zo'n verandering niet zo eenvoudig als ik hier zeg. Er is veel onderzoek voor nodig van technologen, juristen, sociologen, economen. Veel werk van beleidsmakers en maatschappelijke organisaties. En een heel sterke rug van milieuministers en andere politici. Maar áls de overheid haar milieuverantwoordelijkheid neemt, hoe ongemakkelijk is dat dan? Is het ongemakkelijk om iets meer te betalen voor gezonde producten? Is het zo'n offer om ons laatste aardgas niet weg te pompen onder de Waddenzee maar gewoon te laten liggen voor onze kleinkinderen? Is het ongewenst om parkeerplaatsen in steden hier en daar te laten plaatsmaken voor groene plekken waar kinderen kunnen spelen? Is het echt een ramp om maar één keer per dag te douchen omdat anders de waterrekening wel erg oploopt?

Let wel, ik heb het hier over Nederland, niet over ontwikkelingslanden. Ook daar is een krachtige aanpak van milieuproblemen nodig maar zijn de meeste mensen nog ver verwijderd van onze trend van 'cool' en makkelijk. Toch is er wel een link. Wij maken hier de modellen waar anderen zich op oriënteren als ideaal. Als wij twee auto's per gezin tot norm voor het goede leven maken, zullen de Chinezen en Indiërs dat ook doen. Als wij modellen kunnen ontwerpen waarin welvaart en duurzaamheid gecombineerd worden - een taak waar we gezien de situatie van Nederland uitstekend voor zijn toegerust - zou dat het belangrijkste exportproduct van Nederland kunnen worden. Daarom is het ook onzin dat doorpakken in het milieubeleid slecht zou zijn voor de economie.

Een manier om nu al enigszins van dat 'moeten' van milieu af te komen, is om niet het hele probleem over de volle breedte op uw rug te nemen, maar te beginnen met één activiteit die u aardig lijkt. Dat kan vegetarisch eten zijn, energiebesparing, een fietsvakantie, een duurzaam woonproject, of nog iets beters dat u zelf bedenkt. U kunt ook één Let's do lunch kiezen (zeg, die over Wereldwaterdag op 22 maart) en u daar laten inspireren. Voor de lezers die nog met hun studiekeuze bezig zijn: overweeg eens of een loopbaan in een van de takken van milieuwetenschap niet interessant is. Er zijn aan deze universiteit en elders, in allerlei disciplines, genoeg interessante docenten en cursussen te vinden. Het mag natuurlijk ook natuur- en milieueducatie worden. Afvallen van 150 kilo tot de helft is een zware opgave. Maar het resultaat kan een stuk comfortabeler blijken. Misschien is de waarheid over milieu ook niet zo ongemakkelijk als hij lijkt. En er is zeker een goede en gezonde boterham mee te verdienen.

'Tegenover elke euro voor milieueducatie staat 100.000 euro voor productreclame'

'Het trieste toppunt is de elektrische warmtestraler voor buitenshuis: verwarm uw terras nu, en voor alle komende generaties!'