Maastrichts onderwijs werpt vruchten af

Wij zijn beter in samenwerken, in problemen oplossen, inzelfstandig werken, in klaarstaan voor collega's en in hetproduceren van nieuwe ideen. Dat zeggen afgestudeerden van deUniversiteit Maastricht als ze zich vergelijken met collega's dievan andere universiteiten komen. Ze danken dat aan het'probleemgestuurde onderwijs' van hun universiteit.

Bij probleemgestuurd onderwijs (PGO) worden weinig collegesgegeven. In plaats daarvan worden studenten in groepjes aan hetwerk gezet om zelfstandig problemen op te lossen. De UniversiteitMaastricht is de bakermat van deze onderwijsvorm, maar inmiddelszijn zo'n dertig opleidingen in heel Nederland volgens dePGO-gedachten opgezet.

Dat studenten veel waardering hebben voor PGO was al langerbekend. Maar de Universiteit Maastricht wilde ter gelegenheid vanhaar 25-jarig bestaan ook wel eens weten hoe het haarafgestudeerden verging. Hebben die in hun werk iets aan PGO? Dievraag stelde ze aan bijna 3900 afgestudeerden.

De uitkomsten zijn "buitengewoon goed nieuws" voor het PGO,schrijft onderwijspsycholoog prof.dr. Henk Schmidt in hetenquete-verslag. De ondervraagden mochten een rapportcijfer gevenvoor het profijt dat zij in hun werk hebben van bepaalde aspectenvan hun onderwijs. Uitgerekend de elementen die centraal staan inPGO - studeren aan de hand van problemen, zelfstandig werken,samenwerken in kleine groepen - kregen hoge cijfers.

Bovendien slaan de Maastrichtse afgestudeerden zichzelf op veelpunten ook hoger aan dan hun collega's van elders.Zelfoverschatting? Volgens Schmidt niet. Met enkele controlevragensloot hij het effect daarvan op de uitslagen uit.

Volgens Schmidt is er alle reden voor Maastricht om tevreden tezijn. De kwaliteiten die de Maastrichtse afgestudeerden zichzelftoedichten vloeien allemaal voort uit de PGO-aanpak, schrijft hij.Bovendien komt dat lijstje kwaliteiten overeen met wat "vaak inpersoneelsadvertenties voor academisch geschoolden figureert".

HOP, HO