Mars-lander zwijgt tegen Utrechtse aio

Op zijn werkkamer in De Uithof schuift hij een grafiek overtafel, waarop een fraaie kromme te zien is. "Het was echt heelfrappant. De NASA had gezegd dat zij de Mars-lander precies om halfvijf zouden activeren. Het duurt dan nog zestien minuten en 55seconden voordat het signaal hier is en verdomd, exact op dattijdstip verscheen deze kromme in het 400 MegaHertz-bereik. Nu zijnin dat bereik ook weerballonnen en de interne klokken van computersactief en we hadden dan ook uitvoerige voorzorgmaatregelen genomenom te voorkomen dat die straling eventuele signalen van Mars zouoverstemmen. Even dachten we daarom dat dit inderdaad deMars-lander moest zijn. Maar al snel werd duidelijk dat die het omallerlei redenen niet kon zijn. Kennelijk was er toch nog eenandere bron in dat bereik actief."

Kouwenhoven promoveert eind dit jaar op pulsars en maaktdaarvoor onder meer gebruik van de PuMa, een in Utrecht ontworpenwaarnemingsapparaat dat zo gevoelig is dat de radiotelescoop vanWesterbork er stralingsbronnen mee kan onderscheiden, ook als diemaar enkele miljoenste millimeters in golflengte van elkaarverschillen. Omdat alleen in Engeland en Italië evengeavanceerde apparatuur beschikbaar is, riep NASA deze drie centrahalf januari te hulp voor een laatste desperate poging om de sindszijn landing zwijgende Mars-satelliet op te sporen. En Westerborkop zijn beurt mailde meteen naar Marco Kouwenhoven. Of hij, alskenner van de PuMa, samen met zijn collega's van de Universiteitvan Amsterdam, de meting wilde doen.

Hoewel hij vorige week definitief concludeerde dat deMars-lander zich niet heeft gemeld, kijkt hij toch met plezierterug op zijn kortstondige avontuur. "Het was leuk en ook heelspannend, omdat we toch even de hoop hadden dat het deze keer zoulukken. Maar nu ben ik er ook echt van overtuigd dat we deMars-lander verder wel kunnen afschrijven. Als hij ook maaréén signaal had gegeven, hadden we dat met onze PuMaopgevangen. Daar ben ik absoluut zeker van."

EH