Wat kost een student?

Gisteravond in de Tweede Kamer had minister Plasterk er genoeg van. Keer op keer moest hij aanhoren dat de overheidsuitgaven per student achteruit zijn gegaan. Niets van waar, stelt hij. Al jarenlang is de bijdrage bijna zesduizend euro per student, gecorrigeerd voor de inflatie.

Maar universiteitenvereniging VSNU komt met andere getallen. De rijksbijdrage voor het onderwijs daalde van 5832 euro in 1995 naar 5372 euro per student in 2007. En ook die getallen zijn gecorrigeerd voor de koopkracht.

Het verschil schuilt in de definities. Het gaat om lies, damn lies and statistics. Er zijn nogal wat studenten geneeskunde bijgekomen en dat zijn dure studenten. Daarvoor geeft de overheid een apart budget aan de universiteiten, het deel voor de ‘werkplaatsfuncties’ van medische opleidingen. Volgens de universiteiten telt OCW dat geld in haar berekeningen mee. Als het totale budget gelijk blijft terwijl er dure geneeskundestudenten bijkomen, dan is er minder budget voor de rest van de studenten.

Dus zet de VSNU het budget voor de ‘medische werkplaatsen’ liever tussen haakjes. Dan zie je vanaf 2003 een flinke daling van het budget. De verruiming van de fixus voor geneeskunde zou dus ten koste zijn gegaan van de overige studenten.

Maar het ministerie van OCW ontkent dat dit het probleem is. Die medische werkplaatsen vallen namelijk onder het ministerie van VWS, zegt een woordvoerder, en spelen ook in de OCW-statistieken geen rol. Waar het verschil van inzicht dan vandaan komt, is nog niet bekend.

“Ik houd er niet van als mensen met verschillende getallen wapperen”, zei Plasterk gisteren. Hij gaat met de VSNU hierover praten.

HOP