Werknemers lopen nog niet warm voor sporten op Olympos

"Zeer teleurstellend", noemt Gabriëlle Bertels, medewerkervan Olympos, de belangstelling vorige week voor de eerstebijeenkomsten van de cursussen badminton, conditietraining,tafeltennis en volleybal. "Hoewel dit ook voor ons een experimentis, hadden we toch verwacht dat er meer animo zou zijn. Dedeelnemers waren op de vingers van een hand te tellen."

De vorig jaar gehouden enquête en ook de ervaringen uit dedagelijkse praktijk deed het sportcentrum besluiten dit najaar eenproef te doen met bedrijfssport voor de universitaire medewerkers."In voorgaande jaren kreeg ik van werknemers en ook van ouderestudenten vaak te horen dat mensen zich tussen de jonge studentenin onze gewone sportlessen niet zo thuisvoelden", vertelt hoofdsport Hans Harthoorn. "Tegelijkertijd wensten die mensen nietgestigmatiseerd te worden. Nieuwe programma's voor specialedoelgroepen, zoals de cursus voor vrouwen met een slechte conditiedie we met een knipoog 'Dikke Maatjes' hebben genoemd, was niet deoplossing."

Voor Bertels en Harthoorn is de terughoudendheid van hetuniversitair personeel een raadsel. Ook aan de publiciteit kan hetniet hebben gelegen. Het programma was opgenomen in een glossyprogrammaboekje van Olympos en werd aangekondigd in het U-blad. Bijde opzet van het programma is bovendien in verregaande matetegemoet gekomen aan de wensen van de medewerkers. "We hebben desporten ingepland die in de enquête als meest gewenst werdengenoemd", vertelt Harthoorn. "Daarnaast zetten we wekelijks tweeprofessionele docenten in. Oudere sporters willen in de meestegevallen enigszins gestuurd en begeleid worden. Bovendien zijn decursussen ingepland op de meest gunstige tijdstippen, maandag enwoensdag, vlak na afloop van de werktijden."

Het hoofd sport heeft de hoop op meer belangstelling in dekomende weken nog niet opgegeven. "Het kan natuurlijk zijn dat deeerste week de kat uit de boom wordt gekeken. Ik denk dat er weldegelijk sprake is van enige drempelvrees. Mensen moeten vaak eenduwtje in de rugkrijgen. Het gaat goed wanneer collega's elkaarmeenemen naar het sportveld. Een chef of directeur die het voortouwneemt is nog beter."

Harthoorn zou het toejuichen wanneer faculteiten en diensten hunwerknemers af en toe binnen werktijden lieten sporten. "Het ismisschien een cliché, maar sporten is niet alleen goed voorhet lichaam en voor de geest. Het kan op sociaal gebied ook eenpositieve werking hebben. Het is alleen al heel ontwapenend eensmet je baas of je naaste collega onder de douche te staan." Hetcollege van bestuur heeft volgens Harthoorn het goede voorbeeldgegeven door de deelnemers aan de interfacultaire sportdag vorigjaar een halve dag vrij te gunnen. Op lager niveau blijken dehanden voor dit soort initiatieven wat moeilijker op elkaar tekrijgen.

Naar schatting nemen op dit moment slechts 'enkele honderden'van de 8000 universitaire medewerkers deel aan de reguliereprogramma's van Olympos. Vooral tennis, fitness en squash zijnpopulair. Bertels: "Het ligt in de lijn van de maatschappelijketrend dat vooral gezocht wordt naar sporten die individueelingevuld kunnen worden. Toch werd in de enquête aangegeven datmen ook samen wil sporten. Volleybal werd bijvoorbeeld veelgenoemd."

Olympos zegt zich met het nieuwe initiatief te hebben willenrichten op de behoefte van werknemers van de universiteit. Deorganisatie staat echter open voor suggesties. Harthoorn: "Wijwillen iedereen die samen met anderen iets sportiefs willenondernemen oproepen dat aan ons voor te leggen. Al is hetbokjespringen. Wij zorgen voor de faciliteiten."

XB

Collega's moeten elkaar meenemen naar hetsportveld