‘Taal moet in élk vak een nadrukkelijke rol spelen’

Foto: Flickr cc/E. Dronkert

Bij veel universiteiten en hogescholen moeten studenten in hun eerste jaar een taaltoets maken. Het verschilt per onderwijsinstelling hoe belangrijk de toets is: soms móet een student de toets halen om verder te kunnen en soms ook niet.

De Radboud Universiteit in Nijmegen wil weten wat het effect is van haar eigen taaltoets.  Wat is bijvoorbeeld het verband tussen de taalscore en de latere studieresultaten van studenten? Hoogleraar taalkunde Marc van Oostendorp gaat zich met het onderzoek bezighouden.

Hoe staat het met het taalniveau studenten?
“Het is al langer een probleem, maar corona heeft het nog erger gemaakt. Op de middelbare school en basisschool hebben ze te maken gehad met lockdowns en dat kan niet bevorderlijk zijn voor het taalniveau. We weten op basis van onderzoek al dat de leesvaardigheid omlaag is gegaan, vooral bij vmbo-leerlingen. Dat is al een kleine indicatie van de kant die het opgaat. Taalonderwijs is nou eenmaal moeilijk te geven via Teams. Bij schrijven is feedback heel belangrijk en in een klaslokaal kan je beter inschatten welke opmerkingen voor andere studenten ook relevant zijn.”

Is de taaltoets voor eerstejaars een nuttig middel om het niveau op te krikken?
“Het onderzoek is nog niet begonnen, maar mijn verwachting is dat een taaltoets weinig zin heeft als er geen vervolg aan wordt gegeven in de rest van de opleiding. De toets alleen is niet genoeg. Studenten vragen zich ook af, als taal zo belangrijk is, waarom wordt er na de taaltoets dan geen aandacht meer aan besteed? Docenten klagen pas aan het eind van de rit als een bachelorscriptie vol staat met taalfouten. Maar als je het echt goed wilt doen, moet je er in elk vak aandacht aan geven. Als docenten in een essay veel spelfouten, warrige redeneringen of slechte zinnen tegenkomen, kunnen ze ook zeggen: dit kijk ik nog niet na, ga er eerst maar aan werken.”

Zijn er plekken waar dat al gebeurt?
“In Vlaanderen is officieel ieder vak ook een taalvak en is iedere docent officieel ook een taaldocent. Dat is best logisch, want in studies leer je niet alleen een wetenschap, maar ook de taal van de wetenschap. Daar is dus aandacht voor nodig. Je kan van docenten niet verwachten dat ze elke kromme zin uit een essay vissen, maar ze kunnen wel opmerken dat het taalgebruik niet goed is – ook al kunnen ze niet helemaal benoemen waarom. Bij heel veel taalfouten kunnen ze een student doorverwijzen naar een taalcentrum om bijscholing te krijgen. In Vlaanderen hebben ze al een diagnostisch lijstje liggen waar docenten op kunnen afgaan om studenten door te sturen naar de juiste plek.”

Waarom moet het hoger onderwijs de taallessen herhalen die op school, als het goed is, al zijn gegeven?
“Omdat wij er nog wat aan kunnen doen. Je hoopt dat hun leeftijdsgenoten die niet gaan studeren, hun taal ook op orde hebben of krijgen. Ik heb jarenlang de lessen gegeven die aan de taaltoets voorafgaan en het gaat inderdaad over dingen die op de basisschool al voorbijkomen, zoals de ‘dt’s’. Mijn gevoel zegt dat studenten zijn vergeten wat ze eerder hebben geleerd omdat de focus verschuift naar andere stof. Natuurlijk zou het beter zijn als het op de basisschool en middelbare school goed wordt aangeleerd, maar wij kunnen het basisonderwijs moeilijk veranderen. En je goed kunnen uitdrukken is bij elk academisch vak belangrijk. Zelfs als je alleen experimenten doet in het lab moet je aanvragen kunnen schrijven en met opdrachtgevers kunnen communiceren. Het is in de hele samenleving van belang, ook nadat je bent afgestudeerd.”

Gaat het oprukkende Engelstalige onderwijs ten koste van de Nederlandse taalvaardigheid van studenten?
“Dat is wel iets om over na te denken. Er zitten volgens mij twee kanten aan. Het is zinnig om bij Engelstalige opleidingen te werken aan het Nederlands van studenten, want die taal heb je in de Nederlandse maatschappij uiteindelijk nodig. Ieder op zijn eigen niveau, want er zijn ook buitenlandse studenten. En omgekeerd is het nuttig dat ze bij een Nederlandstalige opleiding oog hebben voor de Engelse taal, omdat dat de taal van de wetenschap is.”

Waarom gebeurt dat niet overal?
“In de wet tegen de verengelsing van het onderwijs – die nu vooruit is geschoven – staat ook al dat er in het onderwijs meer aandacht voor de Nederlandse taal moet komen. In de praktijk ligt dat best ingewikkeld omdat je geen onderscheid mag maken tussen Nederlandse en buitenlandse studenten. In een opleiding moet je aan iedereen dezelfde eisen stellen. Het zou oneerlijk zijn om een Italiaan die hier wiskunde studeert te verplichten een essay te schrijven in het Nederlands op academisch niveau. Maar je mag dus niet zeggen dat alleen de Nederlandse studenten dat hoeven te doen.”

Hoe moet het dan wel?
"De situatie met zoveel buitenlandse studenten is betrekkelijk nieuw. We moeten uitvinden hoe we daar het beste mee omgaan. Het ideaalbeeld van alleen maar Nederlandstalige studenten is te extreem. En het andere uiterste is dat we alles in het Engels doen, omdat dat de taal van de wetenschap is, terwijl studenten daarna weer in een Nederlandstalige maatschappij verdergaan. Daar moeten we een goede middenweg in vinden.”

Advertentie