Bètafaculteit vreest financiële problemen

Er dreigt opnieuw financieel zwaar weer voor de faculteit Bètawetenschappen. De bèta’s moeten steeds meer betalen voor hun huisvesting en ontvangen steeds minder geld van de universiteit. De komende weken wordt met het universiteitsbestuur overlegd over de situatie.

Het bètabestuur legde de faculteitsraad onlangs een conceptbegroting voor waarin een tekort van 1.5 miljoen euro was opgenomen. Opvallend was dat daarbij de term ‘niet-sluitende begroting’ werd vermeden.

Een dergelijk stempel zou moeilijk te verkroppen en te verkopen zijn, kort na de afronding van een grote reorganisatie. Daarnaast ontvangt de faculteit dankzij een convenant al aanvullende financiering van het College van Bestuur.

Volgens decaan Gerrit van Meer heeft de faculteit bovendien de zaken financieel wel degelijk op orde en worden convenantsafspraken over het terugdringen van kosten voor personeel, overhead en ruimtegebruik gewoon nagekomen. “Wij doen alles wat we beloofd hebben.”

Met de presentatie van een tekort in de conceptbegroting wil de decaan duidelijk maken dat zijn bestuur klem zit. Het wordt geconfronteerd met enkele gestegen kostenposten waar in het convenant geen rekening mee gehouden is. Het tekort dat nu nog “slechts 1 procent” van de begroting bedraagt, zou in de komende jaren bovendien kunnen oplopen.

Door de toename van het aantal studenten, voornamelijk bij de departementen Informatica en Farmaceutische Wetenschappen, is de faculteit genoodzaakt extra docenten in te zetten. De bèta’s hopen dat het CvB deze uitgaven wil voorfinancieren. De kosten betalen zich over een aantal jaar waarschijnlijk terug via inkomsten voor afgestudeerde studenten.

Maar er zijn ook structurele problemen. Hoewel onderzoeksgroepen zijn vertrokken en medewerkers steeds krapper zitten, lopen de huisvestingslasten op. Door universitaire nieuwbouw en stijgende energie- en rentelasten neemt de prijs die de faculteit voor elke vierkante meter moet betalen toe. Hierdoor blijft de - in het convenant voorspelde -bezuiniging voor de bèta’s uit. Bovendien is verdere krimp in ruimtegebruik binnenkort niet meer mogelijk, denkt het faculteitsbestuur.

Daarnaast is het faculteitsbestuur nog steeds verbolgen over de verandering van het universitaire verdeelmodel voor onderzoeksgelden. Van Meer vindt nog steeds dat de bèta’s zijn benadeeld door de nieuwe ‘dynamische’ systematiek die onder meer een bonus zet op het inverdienvermogen van onderzoeksgroepen. Binnen zijn eigen faculteit voelen vooral experimentele groepen zich bedreigd.

De faculteitsraad steunt het bestuur. De raad hoopt onder meer dat dat het CvB ermee stopt faculteiten te laten betalen voor elke vierkante meter die ze in gebruik hebben. Ook de manier waarop het College van Bestuur nu berekent op welke financiële bijdrage de faculteit recht heeft, moet volgens de raad worden aangepast. “Bij ongewijzigd beleid voorziet de faculteitsraad grote financiële problemen en een nieuwe facultaire reorganisatie”, zo is in een brief aan de decaan te lezen.

In een eerste gesprek met een vertegenwoordiger van het College van Bestuur heeft het faculteitsbestuur afgesproken dat er in de komende weken een grondige analyse wordt gemaakt van de situatie bij de Bètafaculteit. Van Meer benadrukt dat er hoe dan ook een sluitende facultaire begroting komt. De vraag is of hij nog geld binnen zijn eigen faculteit moet vinden of dat het universiteitsbestuur clementie toont.

Advertentie