Bachelorstudenten publiceren in wetenschappelijk tijdschrift

Zonne Hofman, Isabelle Kappen en Suze Jansen, samen met begeleider Marcel van der Heyden. Iris Kleerekooper was afwezig.

Experiment zeer geslaagd, en we gaan ermee door. Dat is de conclusie van Marcel van der Heyden, coördinator van het honoursprogramma voor bachelorstudenten Geneeskunde. Twee jaar geleden begon hij met een aantal gemotiveerde honoursstudenten aan het project ‘HP Bachelor artikel’. Doelstelling: de studenten schrijven een wetenschappelijk artikel met voldoende om te publiceren in een peer reviewed wetenschappelijk tijdschrift. 

Gewaagd? Van der Heyden vindt dat dat wel meevalt. “Nee, ik dacht meteen: dat gaat helemaal goed. De studenten zijn jong, maar het zijn wel excellente studenten. Bovendien heb ik inmiddels wel zoveel ervaring met het begeleiden van dit soort studenten dat ik wist dat het gewoon moest kunnen.”

De publicatie van het artikel (pdf) van de groep staat inmiddels online bij het tijdschrift Cardiovascular Toxicology en verschijnt later dit jaar ook in een papieren versie. Zonne Hofman, Isabelle Kappen en Suze Jansen zijn drie van de vier studenten die het karwei uiteindelijk hebben geklaard.

De drie kijken met grote voldoening terug op het project dat nog een flinke tijdsinvestering vergde naast de extra eisen die het honoursprogramma sowieso al stelt. Via Facebook hebben ze vele felicitaties mogen ontvangen. Isabelle Kappen: “Dat was echt opvallend, iedereen vindt het toch erg leuk dat je als bachelorstudent al een publicatie op je naam hebt staan.”

In hun artikel waarschuwen de studenten voor de verkoop van producten met grayanotoxines, stoffen die voorkomen in planten als rododendrons en azaleas. Deze producten kunnen leiden tot hartritmestoornissen en duizeligheid, zo blijkt uit informatie uit de Zwarte Zee-regio. Bekend is vooral de mad honey disease na het consumeren van honing. Van der Heyden: “De risico’s zijn klein en meestal gaat het goed. Maar er blijkt toch reden voor zorg.”

Een waarschuwing is vooral op zijn plaats omdat de producten online of in het alternatieve geneeskundige circuit worden aangeprezen vanwege een geneeskrachtige of zelfs lustopwekkende werking. “Uit de literatuur is een geval bekend van een echtpaar dat het liefdesspel wat al te veel wilde opfleuren en uiteindelijk vanwege hartaanval in het ziekenhuis terecht kwam”, vertelt Van der Heyden.

Zonne Hofman zag tijdens een recent bezoek aan Istanbul wat die mythevorming betekent. “Ik ging op marktjes op zoek naar de honing met grayanotoxine. Dat leidde tot een urenlange speurtocht die me uiteindelijk naar een smoezelig achterafkamertje bracht. Daar werd de honing te koop aangeboden voor 120 euro.”

De drie studenten besloten ooit deel te nemen aan het honoursprogramma van de faculteit omdat ze onderzoek interessant dachten te vinden. Wat onderzoek doen dan precies inhield, wisten ze toen nog niet. Isabelle Kappen: “Je denkt vooral dat het heel mooi zou zijn als jij iets kunt bijdragen aan de ontwikkeling van een bepaalde medische discipline.”

Dat ze binnen het honoursprogramma ook nog eens konden werken aan een wetenschappelijke publicatie, zagen de studenten als een mooie gelegenheid om kennis te maken met het echte wetenschappelijke bedrijf.

Suze Jansen: “Wij kregen de kans in een beschermde omgeving met veel begeleiding te ondervinden wat dat wetenschappelijk publiceren betekent. Anderen leren dat pas veel later en moeten misschien alles in hun eentje uitzoeken.”

Overmoed is volgens Van der Heyden de grootste valkuil voor studenten die aan een publicatie beginnen. “Als dan blijkt dat ze de literatuur niet zo snel in hun greep krijgen als ze graag willen, dan kunnen er frustraties komen. Maar van zo’n proces leer je ook weer veel.”

De programmacoördinator moet grinniken als hij terugdenkt aan de ontzette reacties van de studenten op de op- en aanmerkingen die reviewers aanleverden naar aanleiding van een eerste versie van het artikel. “Ik zag onmiddellijk dat het allemaal wel goed zat, maar ik heb die informatie zonder mijn commentaar naar hen doorgestuurd. Zij hadden het gevoel dat ze helemaal opnieuw moesten beginnen.”

Suze Jansen: “Je leert dan dat er een soort codetaal is. Als je die niet kent, dan denk je dat er niets klopt van je artikel. Uiteindelijk blijkt dan dat door informatie net iets anders te ordenen, je bijvoorbeeld al tegemoet komt aan de kritiek.”

Volgens de studenten hebben de ervaringen met het programma de ambitie versterkt om naast arts ook wetenschapper te worden. Het traject dat de medische faculteit heeft uitgestippeld voor excellente studenten leidt uiteindelijk tot een versneld promotietraject. Het drietal hoopt daar ooit in terecht te komen.

Voor Marcel van der Heyden vormen de ervaringen aanleiding om te kijken of een wetenschappelijke publicatie verplicht onderdeel kan zijn van het honoursprogramma. “Een gepubliceerd artikel is toch het uiteindelijke eindproduct van het wetenschappelijke proces. Wie onderzoeker wil worden moet weten wat daarbij komt kijken.”

Advertentie