Bussemaker: “Nederlands blijft hoofdtaal in hoger onderwijs”

Het is heel belangrijk dat Nederlands de hoofdtaal blijft in het hoger onderwijs, zegt minister Bussemaker op Radio1. Maar universiteiten en hogescholen mogen zelf weten of ze in het Engels lesgeven.

“Waar opleidingen in het Engels worden gegeven, moeten we vooral nagaan wat de argumenten daarvoor zijn”, zegt de minister. “Het is geen doel op zich.”

Ze reageert op plannen van Avans Hogeschool, die ervoor wil zorgen dat al zijn studenten bij afstuderen goed genoeg de Engelse taal beheersen. Alle eerstejaars van Avans moeten nu een taaltoets doen, aldus een persbericht.

Wat Avans doet hoeft niet per se op alle hogescholen te gebeuren, vindt Bussemaker. Ze mogen het zelf weten. Dicht bij de Duitse grens zou een hogeschool misschien een andere keuze maken, meent ze.

De minister wijst bovendien op de verschillen tussen opleidingen: een pabo is iets anders dan een hospitality-opleiding. Engels speelt dan een andere rol.

Ze heeft de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen gevraagd om een verkenning te schrijven over de voor- en nadelen van “al te veel verengelsing van het hoger onderwijs”.

In december sprak de Tweede Kamer samen met de minister over Engels in het hoger onderwijs. “Engels mag niet ten koste gaan van de kwaliteit van het onderwijs, colleges moeten wel gegeven worden in goed Engels”, stelde ze toen. “Als de taal ten koste gaat van de nuance, van de diepgang van de stof, dan kunnen we het beter laten.”

Ze beloofde hierover in gesprek te gaan met opleidingen en wetenschappers, maar ze hield een slag om de arm: “Het lijkt me niet wenselijk om strakke normen te gaan handhaven.”

Advertentie