Computers gaan studenten feedback geven tijdens het leren

Computers zullen steeds vaker tijdens het studeren direct feedback geven en zo het onderwijs verbeteren. Dat voorspelt hoogleraar Informatica Johan Jeuring in zijn oratie van 24 september.

“De computer gaat de komende tien jaar het onderwijs revolutionair verbeteren”, zegt Johan Jeuring. ‘Zo wordt het binnenkort mogelijk een student op elk moment van het leren de goede feedback aan te bieden.’

Stel je probeert op de computer een lastige wiskundesom op te lossen en komt er maar niet uit. Je zit zoals dat heet muurvast. In het nieuwe onderwijs dat Jeuring ontwikkelt, krijg je dan van de computer gericht een hint die je precies over de hobbel brengt waar je achter blijft haken. Alsof de computer een docent is die precies weet wat je niet snapt.

Jeuring: “Dat vergemakkelijkt het leren zonder het leerproces te verstoren. We hebben zulke geautomatiseerde feedback voor een aantal wiskundesommen al klaar, maar willen de basis leggen voor geautomatiseerde feedback voor alle studierichtingen.”

Feedback is misschien wel het belangrijkste hulpmiddel dat hersenen gebruiken om iets te leren. Ze vergelijken voortdurend wat ze willen en wat ze bereiken. De kleine hersenen, die het lichaam aansturen, vergelijken de hele tijd het effect van hun activiteit met de gemaakte bewegingen. Bij leren gaat het net zo. Daarom is feedback cruciaal in een opleiding.

In de praktijk schort het vaak aan de juiste feedback. Docenten vinden vaak dat studenten zo weinig gebruik maken van de mogelijkheden tot feedback. Tijdens de werkcolleges bijvoorbeeld, de begeleidingssessies of bij een nabespreking van een tentamen. De docenten zijn beschikbaar, maar de studenten maken er nauwelijks van.

Omgekeerd blijkt uit evaluaties dat het gros van de studenten vindt dat ze niet genoeg, te laat of onbruikbare feedback krijgen. Geautomatiseerde feedback kan een uitkomst zijn.

“Het is de bedoeling dat software de student antwoord gaat geven op de vragen: Waar doe ik deze opdracht voor? Hoe doe ik het? en Hoe ga ik nu verder? Zo heeft hij voortdurend oog op de overeenkomsten en verschillen tussen zijn studeerwerk en de norm waaraan hij moet voldoen.”

Advertentie