Medisch specialist blijft binnenlopen

Medisch specialisten en hoogleraren mogen de komende jaren meer blijven verdienen dan hun bestuurders. Minister Plasterk kan daar voorlopig niets aan doen, zei hij donderdag in de Tweede Kamer.

Onderwijsbestuurders mogen niet langer te veel verdienen, maar het salaris van medisch specialisten rijst nog steeds de pan uit. Ook sommige hoogleraren verdienen meer dan hun collegevoorzitter en zien jaarlijks tonnen tegemoet. Minister Plasterk zou dat graag willen veranderen, maar dat gaat op zijn vroegst pas in 2017 lukken.

Dat komt vooral door de bijzondere positie van medisch specialisten. Het CDA herhaalde gisteren nog maar eens: die zouden allemaal onder de zogeheten Wet normering topinkomens (WNT) moeten vallen. Niet alleen de mensen die in loondienst zijn, maar ook de artsen “die misschien wel bedrijfje spelen, maar niet de grote risico’s en de tucht van de markt voelen”.

En dat gaat voorlopig niet lukken, antwoordde minister Plasterk stellig. Als je een maximumsalaris oplegt aan artsen in loondienst, nemen ze gewoon ontslag om verder te gaan werken in een maatschap, vreest hij. “Op die manier zouden we het paard achter de wagen spannen.” De minister kan medici niet verplichten om in dienst te gaan, hield Plasterk de Kamer voor. Dat zou een ingrijpende verandering van het hele zorgstelsel vergen.

Uiteindelijk wil het kabinet wel graag dat iedereen in dienst bij de (semi)overheid onder het regime van de WNT gaat vallen. Dat is in het regeerakkoord afgesproken. Als het eenmaal zover is heeft dat niet alleen gevolgen voor medisch specialisten in loondienst, maar ook voor veel verdienende hoogleraren.

De laatste cijfers daarover stammen uit 2011. Toen werkte de bestbetaalde hoogleraar bij de Universiteit van Amsterdam. Voor een halftime aanstelling kreeg hij bijna 150 duizend euro, omgerekend naar een voltijdsbaan is dat 299.400 euro per jaar. Dat is meer dan het huidige maximumsalaris voor bestuurders. De best betaalde specialist in een academisch ziekenhuis kreeg in 2011 maar liefst 545.807 euro.

Maar zij hoeven zich voorlopig dus geen zorgen te maken: de WNT schrijft nu nog alleen het salaris van bestuurders voor. Die mogen in 2014 maximaal 230.474 euro verdienen; 130 procent van een ministerssalaris. Hogeschoolbestuurders moeten het met iets minder doen: hooguit 199.905 euro. Volgende week behandelt de Kamer een wetsvoorstel dat dit maximum moet terugbrengen naar honderd procent van wat een minister verdient. 

Advertentie