Minister erkent maatschappelijk drama in hbo

In het hbo is sprake van “een maatschappelijk drama” nu zoveel allochtone jongens voortijdig uitvallen, zei minister Bussemaker gisteravond in de Tweede Kamer. Ze probeert het tij te keren, maar kan niet iedereen van haar aanpak overtuigen.

Ongelijke kansen in het onderwijs waren een groot thema in het debat over de onderwijsbegroting van het kabinet. De overstap van mbo naar hbo baart veel Kamerleden zorgen: hoe zorg je er voor dat talentvolle mbo’ers kunnen opklimmen naar het hoger onderwijs?

Allerlei maatregelen somde de minister op. Betere begeleiding, betere voorlichting, speciale keuzedelen in het mbo. Van alles wordt er geprobeerd om de overstap van het mbo naar het hbo te verbeteren.

Maar daar eindigt het niet, onderstreepte ze. “Het is een opdracht voor het onderwijs om studenten toe te laten, maar ook om hen dan niet te laten vallen. Hen toelaten is namelijk één ding, maar ervoor zorgen dat zij de eindstreep halen, is een heel andere en complexere opdracht.”

De groeiende tweedeling in de samenleving? Daar maakt minister Bussemaker zich ook zorgen om, maar die tweedeling komt volgens haar niet door het onderwijs. Ongelijke kansen zijn “een veelkoppig maatschappelijk probleem”.

Allemaal mooie woorden, maar kijk dan eens naar de pabo, ooit de grootste opleiding in het hbo. Sinds de strenge toelatingseisen van kracht zijn is de instroom gehalveerd en is de opleiding vooral voor meisjes uit de white suburbia geworden, zei Rik Grashoff van GroenLinks. Die toelatingseisen schieten hun doel voorbij en werken de tweedeling in de hand.

Maar we moeten echt hoge eisen stellen, antwoordde Bussemaker daarop. Het beroep van leraar is nu eenmaal een “megaverantwoordelijke functie”. Ze vindt het inderdaad kwalijk dat dat er nu zo weinig allochtonen en mbo’ers naar de pabo gaan, maar weigert aan de toegangseisen te tornen.

Investeer dan in schakeltrajecten tussen mbo en pabo, opperde Michel Rog (CDA). Daar haakte Tunahan Kuzu (Denk) bij aan: die wil dat er een schakeljaar tussen mbo en pabo komt om zo het aantal allochtone studenten op te stuwen.

Overbodig, oordeelde minister Bussemaker, want het kabinet doet al veel. Er zijn allemaal plannen voor ondersteuningstrajecten om mbo’ers te stimuleren naar de pabo te gaan. “Dat doen we omdat ik wil dat alle kinderen in alle klassen in Nederland zich kunnen identificeren met juffen, met meesters en met rolmodellen voor de klas.”

Natuurlijk botsten voor- en tegenstanders van het nieuwe leenstelsel ook nog even over de kosten van studeren. Er gaan minder studenten naar het hbo, sneerde het CDA. Maar daar komt alweer verandering in, was het antwoord. Bovendien gingen mbo’ers toch al steeds minder vaak naar het hbo: de trend staat los van het leenstelsel.

Advertentie