Student met handicap voelt zich beter begrepen

Docenten hebben steeds meer begrip voor studenten met dyslexie, chronische ziektes, depressie of andere aandoeningen. Maar de voorlichting over studeren met een handicap laat nog altijd te wensen over en de voorzieningen gaan zelfs achteruit.

Dat is de conclusie van het jaarlijkse rapport ‘Studeren met een handicap’, dat zojuist is verschenen. Het rapport (pdf) is gemaakt door het Centrum Hoger Onderwijs Informatie (CHOI) in opdracht van het expertisecentrum Handicap + Studie.

Steeds meer studenten zeggen ergens last van te hebben. In het hbo gaat het om bijna twaalf procent. Aan de universiteit komt een handicap minder vaak voor: nog geen acht procent in de bachelorfase en zes procent in de masterfase.

“De waardering voor de rol van docenten blijft in de loop der jaren stijgen”, schrijven de rapporteurs over het hbo. “Maar de tevredenheid over wat er feitelijk mogelijk is, ligt juist iets lager dan zes jaar geleden. Over de voorlichting en intake is het oordeel sinds jaar en dag het meest kritisch.”

Echt hoge rapportcijfers geven de hbo-studenten trouwens niet. Het gaat om scores tussen de 6,1 en 6,7. Aan de universiteit waren gehandicapte studenten vroeger positiever, maar die voorsprong is volgens CHOI verdwenen. De voorlichting over de mogelijkheden – denk aan extra tijd voor een tentamen of aangepaste roosters – krijgt zelfs minder dan een zes als rapportcijfer.

Maar ook in het wetenschappelijk onderwijs neemt het begrip voor gehandicapte studenten in de loop der jaren toe, al schommelt het oordeel daarover wat meer dan in het hbo.

Ranglijst
Het rapport biedt ook een ranglijstje. Bij de universiteiten staat Wageningen al jaren bovenaan: die universiteit scoort een zeven op haar rapport en de docenten worden voor hun begrip met een 7,4 beloond. Helemaal onderaan staat de Universiteit van Amsterdam, die net niet boven de zes uitkomt.

De Universiteit Utrecht is wederom een lage middenmoter, met net als vorig jaar een negende plaats. Opmerkelijk is dat de UU in de masterfase - waarover de monitor dit jaar voor het eerste apart rapporteert - bijna onderaan staat. Vooral over de voorlichting over studeren met een handicap zijn Utrechtse masterstudenten ontevreden.

In het hbo krijgt Hogeschool Windesheim de meeste waardering van alle grote hogescholen, op de voet gevolgd door de nummer één van de afgelopen drie jaar: Avans. De hekkensluiters zijn de Hogeschool Utrecht, Inholland en de Hogeschool van Amsterdam.

Enkele middelgrote hogescholen, zoals de Hogeschool Zeeland en NHTV Breda, doen het nog beter. Maar de allerhoogste waardering (7,6) gaat naar de particuliere Hogeschool TIO.

Het rapport baseert zich op de oordelen van duizenden studenten in de Nationale Studenten Enquête. In het wetenschappelijk onderwijs beantwoordden 7.200 studenten met een functiebeperking de vragen, in het hbo waren het er 19.700. 

Advertentie