UU wil groeiend aantal vluchtelingstudenten meer gaan ondersteunen

Uit de campagne van het UAF: Ilaha uit Afghanistan wil weer gaan studeren.

De Universiteit Utrecht is in overleg met de organisatie UAF over een bredere ondersteuning van vluchtelingstudenten. Zo kan het bindend studieadvies in het eerste jaar een struikelblok zijn.

“Wij verwachten dat het aantal vluchtelingstudenten de komende jaren zeker zal verdubbelen. Het is dus zaak om te zorgen dat hun begeleiding op de universiteiten en hogescholen goed geregeld is.” Dat zegt Albert de Voogd, hoofd studentenbegeleiding van het UAF, de organisatie die vluchtelingstudenten met raad en daad bijstaat.

De organisatie is op dit moment in overleg met de universiteitenvereniging VSNU om de problemen en mogelijkheden goed in kaart te brengen. “Als dat duidelijk is, kunnen we met de universiteiten concrete afspraken maken.”

Al jaren is De Voogd bezig om met universiteiten en hogescholen afspraken te maken om de entree van een vluchtelingstudenten in het Nederlands hoger onderwijs te verbeteren. Zo bestaat er met alle universiteiten en hogescholen de afspraak dat vluchtelingstudenten niet het hoge instellingscollegegeld hoeven te betalen. Maar hij wil meer afspraken om deze studenten voor te bereiden op de studie en meer ondersteuning tijdens de studie. Met de Vrije Universiteit en met enkele hogescholen zijn daarover al convenanten gesloten. De overeenkomst met de Erasmus Universiteit is bijna klaar.

Met de Universiteit Utrecht is al enige tijd overleg over de opvang van vluchtelingstudenten. De UU zag tot voor kort weinig heil in zo’n convenant als dat niet meer zou bieden dan de hulp die nu al bestaat voor deze studenten. Om te kijken naar een zinvolle invulling is overlegd met de faculteiten.

Volgens de universiteit verliep de begeleiding van de vluchtelingstudenten tot nu dan toe al vrij goed. Er bestonden al genoeg mogelijkheden om de vluchtelingstudenten extra ondersteuning en maatwerk te bieden. Het aantal vluchtelingstudenten op de universiteit is met een aantal van 15 beperkt. 

Het UAF pleit voor extra maatregelen specifiek voor vluchtelingen die geen Nederlandse vooropleiding hebben. “De verwachte groei van het aantal vluchtelingstudenten, is voor ons wel reden om de begeleiding opnieuw tegen het licht te houden”, vertelt hoofd studentenbegeleiding Marieke de Bakker. “Daarom zitten we nu weer om de tafel met het UAF om te kijken of er extra afspraken nodig zijn.”

Albert de Voogd denkt dat de vluchtelingstudenten tegen een aantal specifieke problemen aanlopen. “Dat begint met de waardering van hun diploma. Dat diploma hebben ze elders gehaald en wordt dan door de internationaliseringsorganisatie Nuffic of de universiteit zelf geijkt. Vaak wordt gezegd: ‘dit is een goed diploma, maar de wetenschappelijke component is onvoldoende zichtbaar’. Dit betekent in de praktijk dat studenten nauwelijks vrijstellingen krijgen. Ze moeten de hele opleiding opnieuw doen. Dat is wel eens frustrerend.”

Een ander probleem is dat vluchtelingen de Nederlandse taal onvoldoende beheersen en vaak onbekend zijn met de Nederlandse cultuur. Nederlandse universiteiten of hogescholen hebben een andere manier van werken dan de meeste studenten gewend zijn. De Voogd: “In de regel volgen de vluchtelingstudenten een schakeljaar. Hierin is aandacht voor het Nederlands, maar ook voor studievaardigheden. Zo’n jaar wordt deels door het UAF, maar ook voor een deel door de universiteit of hogeschool betaald.”

Een bekend struikelblok voor de vluchtelingen is het eerste jaar waarin ze hun bindend studieadvies moeten halen. De Voogd: “Wij willen graag afspraken met universiteiten en hogescholen over extra faciliteiten zoals het meenemen van een woordenboek naar een tentamen, of extra tijd. Ook extra ondersteuning bij het aanleren van studievaardigheden is een wens."

Ook zou De Voogd willen dat universiteiten soepeler kijken wanneer een vluchtelingenstudent zijn bindend studieadvies niet heeft gehaald. “Kijk eens goed of hij het echt niet kan, of dat hij de norm niet gehaald heeft vanwege aanpassings- en overgangsproblemen. In dat geval zou je zo’n student een tweede kans moeten geven.”

Advertentie