Vijf vragen over het leenstelsel

Wie in september 2015 aan een nieuwe opleiding begint, heeft geen recht meer op een basisbeurs, maar valt onder het nieuwe leenstelsel. Wat zijn de gevolgen hiervan als dit type student later een huis wil kopen? En krijgt een student uit een arm gezin nog extra geld? Vijf vragen en antwoorden over het leenstelsel.

Huidige studenten behouden hun basisbeurs. Bijvoorbeeld: wie in september 2013 is begonnen aan een bacheloropleiding houdt voor de duur van de bachelor een basisbeurs. Wie in september 2014 begint aan een tweejarige masteropleiding kan deze ook afmaken met een basisbeurs.
Niet zulke rijke ouders?

Iedereen die in september 2015 aan een bachelor- of masteropleiding begint, verliest zijn basisbeurs, ook studenten uit armere gezinnen. Maar studenten van wie de ouders jaarlijks minder dan 46.000 euro verdienen, behouden wel hun recht op een aanvullende beurs. Die wordt vanaf 2015 met 100 euro verhoogd, naar maximaal 365 euro per maand. Hoeveel studenten precies krijgen, hangt af van het inkomen van de ouders. Hoe meer die verdienen, hoe lager de aanvullende beurs. De aanvullende beurs is een gift voor wie het diploma binnen tien jaar haalt.

Ziek of gehandicapt?

Studenten met een handicap of chronische ziekte doen vaak iets langer over hun opleiding. Daarom krijgen zij nu nog een jaar extra basisbeurs: 1200 euro voor wie bij zijn ouders woont en 3350 euro voor studenten die op zichzelf wonen. Net als alle andere studenten verliezen gehandicapten de basisbeurs, maar ze krijgen wel een kwijtschelding van 1200 euro als ze hun diploma behalen. Uitwonende gehandicapten gaan er dus meer op achteruit, zij moeten 1150 euro extra inleveren.

Gaan afgestudeerden per maand inderdaad minder terugbetalen?

Ja. Oud-studenten mogen er straks 35 jaar over doen om hun lening terug te betalen, nu is dat vijftien jaar. Dat betekent onder meer dat het maandbedrag omlaag gaat, omdat de totale schuld verdeeld wordt over een langere periode. Het nadeel daarvan: oud-studenten moeten uiteindelijk ook meer rente betalen. Het loont dus om sneller af te betalen.

Maar de maandelijkse aflossing is om nog een andere reden lager: die wordt in het nieuwe systeem meer afhankelijk van je inkomen dan nu het geval is. Terugbetalen hoeft bovendien pas als je meer verdient dan het minimumloon. Die drempel ligt nu nog rond bijstandsniveau. Het ministerie van Onderwijs geeft inzicht: wie nu afstudeert met een schuld van 20.000 euro, moet bij een jaarinkomen van 30.000 euro maandelijks 107 euro gaan terugbetalen. In het nieuwe leenstelsel is diezelfde oud-student maandelijks slechts 36 euro kwijt.

Wat als afgestudeerden even niet willen terugbetalen?

Soms komt aflossen even niet zo goed uit. Omdat dertigers veel geld uitgeven aan kleine kinderen bijvoorbeeld, of omdat ze nog een wereldreis willen maken. Daarom kunnen terugbetalers vijf keer een jokerjaar inzetten: een jaar waarin de lening even niet wordt afgelost. Met deze jokerjaren erbij kunnen studenten dus in totaal veertig jaar over de aflossing doen. Let op: de rente loopt in die jaren gewoon door.

Kunnen de pubers van nu later nog een huis kopen?

Geen probleem. Sterker nog, volgens de Nederlandse Vereniging van Banken kun je straks een hogere hypotheek krijgen dan huizenkopers die de afgelopen jaren zijn afgestudeerd. Als de basisbeurs in 2015 verdwijnt, wordt het terugbetaalregime namelijk soepeler. Studenten zijn maandelijks minder geld kwijt, omdat ze er twintig jaar langer over mogen doen om hun schuld af te betalen én omdat hun inkomen zwaarder meetelt. Op dit moment gaan hypotheekverstrekkers er vanuit dat afgestudeerden maandelijks 0,75 procent van hun studielening moeten terugbetalen. Dat rekenpercentage wordt waarschijnlijk lager.

Advertentie