Witte wetenschap: Jonge Akademie steekt hand in eigen boezem

De top van de academische wereld wordt nog steeds gedomineerd door witte mannen. Wat te doen, vroeg de Jonge Akademie van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen zich gisteren af in een symposium.

De Jonge Akademie is zelf ook niet erg gekleurd, gaf voorzitter Rianne Letschert van de prestigieuze wetenschapsclub zelf onmiddellijk toe. “De verhouding man/vrouw is best goed, maar buitenlandse leden zijn vaak westers. Daar gaan we iets aan doen.”

Het hele personeelsbeleid van universiteiten is uiterst onprofessioneel, wordt tijdens de paneldiscussie gezegd. “Hoogleraren denken dat ze het netwerk wel zo’n beetje kennen, maar er wordt niet professioneel gezocht naar de juiste mensen. Wat dat betreft kunnen we veel leren van het bedrijfsleven.”

Dat sluit ook aan bij wat de Utrechtse Naomi Ellemers, een van de sprekers bij dit symposium, deze week zei tegen DUB over de onbewuste mechanismen die bepalen of er voor een man of een vrouw gekozen wordt.

Het is vaak onduidelijk wat er nodig is om uiteindelijk hoogleraar te worden, zegt Curt Rice, voorzitter van het Noorse Committee on gender balance and diversity in research. “Professoren vragen zich af; ‘ziet die wetenschapper eruit als een professor, lijkt die op mij. Nee, niet echt. Nou, dan weet ik het niet.’ Zo gaat het vaak nog steeds.”

Lijsten met doelen die behaald moeten worden voorkomen dat mechanisme voor een deel. “Toen we dat in Groningen gingen doen kwamen er ineens mensen bovendrijven, vooral vrouwen, die voorheen niet waren overwogen maar wél bleken te voldoen aan alle voorgestelde eisen”, vertelt Karen van Oudenhoven-van der Zee, inmiddels faculteitsdecaan en chief diversity officer aan de Vrije Universiteit.

Helaas, zaligmakend is die oplossing niet. Want wat als het voor vrouwen moeilijker is om op tijd aan alle eisen te voldoen? Bijvoorbeeld omdat ze kinderen krijgen. En dan zat Van Oudenhoven-van der Zee nog met het probleem dat er ooit werd gefluisterd dat ze alleen maar hoogleraar was geworden omdat ze een vrouw is. “Dat was niet zo, dat weet ik zeker. Maar in de cultuur moet dus wel iets veranderen. Daar ben ik een groter voorstander van dan van quota of streefcijfers.”

Een oplossing wordt niet gevonden op het symposium. Maar hoe dan ook is de tijd van afwachten en blijven kijken hoe er eigenlijk niets verandert volgens voorzitter Letschert voorbij. “Ik zou wel balen als we hier volgend jaar weer precies hetzelfde gesprek voeren.”

Advertentie