Videocolleges zijn geen onderwijs

Onderwijsland is helemaal in de ban van online universiteiten als Udacity en Coursera. Onderwijskundige Casper Hulshof is sceptisch. Zonder contacturen is het geen onderwijs, vindt hij. 

Er waart een spook door onderwijsland. Het is het spook van de MOOC (‘massive open online course’). Het verkondigt overal luidkeels het einde van het onderwijs zoals we dat kennen. Dat onderwijs is ouderwets, statisch, inefficiënt, en introvert. De doodsklok wordt ook geluid voor universiteiten. 

Harvardhoogleraar Clayton Christensen kondigt het faillissement aan in de nabije toekomst van veel universiteiten. Sebastian Thrun, ex-Stanfordhoogleraar en oprichter van Udacity zegt zelfs dat er over 50 jaar nog 10 universiteiten zullen zijn. In de hele wereld. 

Dat lijken pessimistische vooruitzichten, maar ze zijn allerminst zo bedoeld. Sterker: het gaat om een onvermijdelijk traject van globalisering en democratisering van het onderwijs. De bijpassende ideologie heet connectivisme, een model van leren waarin verbinding centraal staat. De poorten van de ivoren toren zullen worden opengezet, en een frisse wind zal waaien door de academische wereld. En overal zal van jong tot oud geleerd worden, en de wereld zal met een klaroenstoot worden verbonden. Halleluja.

Maar is het allemaal hosanna? Zullen MOOC's de wereld op zijn kop zetten? Zullen ze de oplossing vormen voor de problemen waarvoor het hedendaagse academische onderwijs zich gesteld ziet? Staan we aan de vooravond van de ontwrichting van het onderwijs? Alle gloedvolle woorden ten spijt: we weten nog maar weinig van het effect dat online onderwijs heeft en in potentie kan hebben. 

Sal Khan kan als een ware messias TED-talk na TED-talk wijden aan het omkieperen en heruitvinden van onderwijs, zijn initiatief de Khan academy levert niets meer en niets minder dan video’s, die soms ook nog van bedenkelijke kwaliteit zijn. 

Tijdens het World Economic Forum in Davos zei Bill Gates hierover: “The quality of these online courses need to improve. Over the next few years the quality will improve. 90% of these courses will be long forgotten and never viewed. Over the next five years this transformation will be phenomenal but only through a pretty brutal winnowing out process.” 

De revolutie lijkt op dit moment niet te worden bereikt door didactische inzichten, maar door aantallen. De video’s zijn miljoenen keren bekeken. If you build it they will come. Ook Coursera, een van de pioniers op het gebied van MOOC's, gaat prat op het aantal gebruikers dat zich heeft ingeschreven voor één of meer van de vele cursussen die het bedrijf aanbiedt. Een niet zo relevant cijfer. Het aantal ‘leerlingen’ dat een cursus succesvol afrondt, wordt minder prominent naar voren gebracht. Dat is lager dan tien procent. Dat is geen bemoedigend cijfer. Ik denk te weten waardoor dit komt.

De discussie over MOOC's past goed bij de recente discussie die is gevoerd over het nut en onnut van hoorcolleges. Een suggestie is om die online te zetten, en dan komt het allemaal goed. 

Eenzelfde idee lijkt schuil te gaan achter het initiatief van Alexander Klöpping om de ‘Universiteit van Nederland’ op te richten: zet mooie colleges online, en de volksverheffing kan eigenlijk niet uitblijven.

Je kunt daarbij de vraag stellen: zal elk onderwerp even veel aandacht krijgen of worden de onderwerpen beperkt om de kennishonger van de grootste gemene deler te stillen? 

Relevanter is de vraag: is hier wel sprake van onderwijs? Ik twijfel daaraan. Video alleen is geen onderwijs, en dat is dan ook wat ik mis. Of misschien beter gezegd: ik mis onderwijskundige visie. Ik heb MOOC's gepresenteerd zien worden als zowel onderwijs 2.0 als onderwijs 3.0, maar in beide gevallen werd vergeten om de didactiek van onderwijs 1.0 mee te nemen. 

Het is mijn visie dat de Universiteit Utrecht hierin een sleutelrol kan vervullen. Niet alleen aansluiten bij de initiatieven die worden ondernomen, maar daar ook het onderwijskundige voortouw in nemen. 

Om die reden heb ik enige tijd geleden samen met mijn collega Marjolijn Peltenburg twee subsidieaanvragen bij het Utrechts Stimuleringsfonds Onderwijs ingediend: één om de mogelijkheden tot het openstellen van het Utrechtse onderwijs nader te verkennen, en één om het leren met behulp van online colleges ook daadwerkelijk te leren: door een symbiose te bereiken tussen het kijken naar (geprepareerde) weblectures en daarop aansluitende colleges. Van passief kijken naar actief leren.

Onderwijs is altijd in beweging. Met visie en lef kunnen we ervoor zorgen dat Utrecht ook wat betreft het verzorgen van actief en interactief online onderwijs bij de wereldtop behoort.

Bronnen:

Advertentie