Wat is een bijzondere leerstoel ?

Een bijzondere leerstoel is een tijdelijke hoogleraarplaats (meestal voor een dag in de week) die door een externe instantie aan een universiteit wordt aangeboden. Die instantie betaalt het salaris van de bijzondere hoogleraar, zodat het voor de betreffende universiteit dus (op wat bijkomende kosten na) om gratis leerstoelen gaat.

Het fenomeen bijzondere leerstoel staat al sinds 1905 in de wet. De calvinistische voorman Abraham Kuijper wilde zo levensbeschouwelijke (lees: christelijke) stromingen een stem geven aan de openbare universiteiten. Tegenwoordig maakt een zeer uiteenlopend scala aan organisaties en bedrijven gebruik van de mogelijkheid om een bijzondere leerstoel aan een universiteit te vestigen. Voorbeelden zijn: het RIVM, Deloitte&Touche, de Vereniging van Ouders van Couveusekinderen en de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen.

Een organisatie van buiten komt meestal met een voorstel bij een faculteit, die bekijkt of de voorgestelde leerstoel een welkome aanvulling is op het bestaande curriculum en of hij niet op het terrein komt van een bestaande leerstoel. Als alles in orde is, wordt de stoel gevestigd en mag de organisatie een voordracht doen. Een aspirant bijzonder hoogleraar moet voldoen aan dezelfde eisen als een gewoon hoogleraar, en wordt voor een periode van vijf jaar aangesteld. Eén maal verlengen met een tweede termijn van vijf jaar is mogelijk. Daarna moet de bijzondere leerstoel in Utrecht worden omgezet in een gewone leerstoel of worden opgeheven.

Een geval apart zijn bijzondere leerstoelen die worden gevestigd op initiatief van een faculteit. Dat gebeurt hetzij omdat die faculteit zelf een tijdelijk expert van buiten wil 'inhuren', hetzij omdat men een uitzonderlijk getalenteerde jonge wetenschapper wil vasthouden door hem of haar, vooruitlopend op het vrijkomen van een bestaande leerstoel, alvast de hoogleraartitel te geven. Om te voldoen aan de regels voor bijzondere leerstoelen worden deze stoelen formeel gevestigd door het Utrechts Universiteitsfonds. Een dergelijke bijzondere leerstoel kost een faculteit 2500 euro per jaar.

kader 2

Hoeveel bijzondere leerstoelen heeft de UU eigenlijk ?

De opgave van het college van bestuur (26-10-'04) geeft op 26 oktober 2004 het volgende beeld per faculteit:

DGK3

BIO5

FAR9

N&S 12

SCH6

W&I4

GGL8

LET 15

WYS2

GNK 13

AW4

RW6

RGL 18

USBO2

SW 16

CvB1

------

124

De betrouwbaarheid van de cijfers is beperkt;

Bijna maandelijks worden er nieuwe plannen ingediend.

Kader 3:

Bijzondere leerstoelen in opspraak:

* Herfst 2003: De Delftse bijzonder hoogleraar 'Railbouwkunde' wil zijn broodheer ProRail niet kritiseren over gebrek aan onderhoud aan het spoor terwijl de herfstblaadjes overal zorgen voor treinen met vierkante wielen

* Joop van den Ende mag per 1-9-2005 de bijzondere leerstoel 'Cultureel ondernemerschap' vestigen aan de UvA; de pers reageert verbaasd maar economie-decaan Van der Gaag is blij met de extra middelen

* In oktober van dit jaar benoemt Wageningen een directeur van vleesverwerker Dumeco tot bijzonder hoogleraar 'Ketengestuurde dierlijke productie'; de stichting Wakker Dier beschuldigt Wageningen van uitverkoop van leerstoelen

* De Utrechtse bijzonder hoogleraar 'Dierproefvraagstukken' De Cock Buning komt in aanvaring met één van de financiers van zijn stoel - de Vereniging Proefdiervrij - als hij weigert zonder meer alle dierproeven te veroordelen; de faculteit heeft de stoel nog tot eind '03 overeind gehouden; De Cock Buning is nu bijzonder hoogleraar aan de VU