Kwaliteitsafspraken: extra geld voor minder 'witte' universiteit of niet?

Uitdelen van diversiteitsmagazine van DUB tijdens de laatste Onderwijsparade. Foto DUB.

“Ik kan me niet herinneren dat dit thema tijdens de gesprekken van de U-raad met het universiteitsbestuur veel is besproken. En ook bij faculteiten staat het laag op de prioriteitenlijst.”

Studentlid Sebastian Wijnands verwoordde dinsdag in een commissie de verwondering binnen de U-raad. Op de agenda stond de nota van het universiteitsbestuur die beschrijft aan welke doelen faculteiten de inkomsten vanuit de studievoorschotmiddelen de komende jaren kunnen besteden en hoe dat geld over de faculteiten verdeeld wordt. Het universiteitsbestuur kwam vorige week met dit voorstel voor de manier waarop verbetering van het Utrechtse onderwijs tot stand moeten komen.

Drie doelen voor de basisbeursmiljoenen waren min of meer samen met de U-raad aangewezen: kleinschalig onderwijs, professionalisering docenten en begeleiding van studenten. In de nota bleek nu nog een vierde te staan die voor de raad als een verrassing kwam. Het universiteitsbestuur wil graag faculteiten de mogelijkheid geven om middelen te besteden aan het vergroten van de diversiteit en inclusiviteit binnen het onderwijs en aan de toegankelijkheid van de universiteit.

Gelijke kansen voor iedereen binnen de universiteit, is zeker een belangrijk thema, stelden de raadsleden. Maar het is - gezien alle initiatieven die al lopen - niet nodig daar op dit moment extra middelen voor uit te trekken. Niemand binnen de universiteit lijkt daar ook om te vragen. De tegenwerping van collegevoorzitter Anton Pijpers dat faculteiten en faculteitsraden straks gewoon zelf kunnen beslissen om voor dit specifieke doel géén geld uit te trekken, overtuigde hen niet.

Het doel helemaal weglaten, heeft echter grote nadelen volgens het universiteitsbestuur. Dan heeft de UU straks heel wat uit te leggen aan onderwijskeurmeester NVAO die de afspraken gaat controleren. De Utrechtse universiteit staat immers bekend als een uitgesproken ‘witte’ universiteit met bovendien strenge selectie- en toelatingsprocedures. Uit rapporten van de Onderwijsinspectie blijkt dat drempels bij de toelating tot studies in het nadeel kunnen uitpakken van studenten uit minder bevoordeelde milieus.

Maar het doel handhaven zou alleen maar symboolpolitiek zijn, concludeerden enkele raadsleden. Volgens raadslid Joop Schippers wil eigenlijk iedereen binnen de universiteit gewoon even afwachten wat de lopende programma’s opleveren voordat er extra geld aan wordt uitgegeven. Die keuze moet je toch aan de NVAO kunnen uitleggen?", veronderstelde hij. 

Schippers doelt onder meer op de Taskforce Diversiteit die verschillende initiatieven heeft genomen en een stimuleringsfonds is gestart. Ook worden op dit moment de toelatingsprocedures van Utrechtse opleidingen onder de loep genomen en zijn er initiatieven om Utrechtse gebouwen beter toegankelijk te maken voor studenten en medewerkers met een lichamelijke beperking.

UU-voorzitter Anton Pijpers kondigde aan dat het universiteitsbestuur zich nog eens over de kwestie zou buigen. Tijdens de vergadering met de volledige raad begin december zal hij met een definitief standpunt komen.

Extra geld voor geesteswetenschappers
Een ander onderwerp dat tijdens die vergadering mogelijk nog voor discussie gaat zorgen is het extra geld dat het universiteitsbestuur aan de faculteit Geesteswetenschappen wil geven vanuit de voorschotmiddelen. De geesteswetenschappers zouden de komende twee jaar anderhalf keer het bedrag moeten krijgen dat andere faculteiten per student ontvangen. In totaal gaat het om zo’n anderhalf miljoen euro in plaats van één miljoen euro per jaar.  

De universiteitsraadsleden vinden het zeer gerechtvaardigd de faculteit Geesteswetenschappen extra te ondersteunen, mede gelet op de hoge werkdruk daar. Maar dat moet niet gebeuren vanuit studievoorschotmiddelen. Alle studenten hebben evenveel ingeleverd met de afschaffing van de basisbeurs en moeten daar ook evenveel van terugzien, zo stellen zij.

Of collegevoorzitter Anton Pijpers bereid is op zoek te gaan naar een ander potje om de geesteswetenschappers tegemoet te komen en of dat te vinden is, bleef dinsdag onduidelijk. Vooralsnog blijft Pijpers zijn voorkeur uitspreken voor zijn aanvankelijke voorstel dat hij met decanen van de overige zes faculteiten had kortgesloten. “Dat vind ik de meest elegante oplossing met de minste rompslomp.”

Haast en voortvarendheid
De U-raad moet tijdens de gezamenlijke vergadering op 10 december instemmen met de nota. Met uitzondering van de twee genoemde zaken, kan de raad zich waarschijnlijk wel vinden in het voorstel. Daarna kunnen de faculteitsbesturen met hun -raden in gesprek over de precieze besteding van het nieuwe geld dat zij krijgen. Dat moet snel want in maart moeten de Utrechtse 'kwaliteitsafspraken' bij de NVAO liggen. Die komt vervolgens in mei een bezoek brengen aan Utrecht.

Leden van de U-raad klaagden deze week dan ook in de commissievergaderingen dat het gehele proces rondom de Utrechtse prestatieafspraken onder vrij grote tijdsdruk plaatsvindt. Ze snappen dat de strakke deadlines van de NVAO tot tempo manen, maar het universiteitsbestuur zelf had de afgelopen maanden ook wel wat voortvarender te werk kunnen gaan. In sommige faculteitsraden begint nu pas te dagen wat er van de leden verwacht de komende weken, zo was de indruk.  

Advertentie