Impact ongeschikte metafoor

Maatschappelijke betrokkenheid is anders dan streven naar impact

opening academisch jaar foto DUB
Opening academisch jaar foto DUB

Maatschappelijke impact wordt gezien als een kernwaarde van deze universiteit, zo werd tijdens de opening van het academisch jaar weer benadrukt. Uiteraard juichen we het toe dat de universiteit streeft naar maatschappelijke betrokkenheid. Waar mogelijk willen we een bijdrage te leveren aan het oplossen van vraagstukken die er op dit moment toe doen. Maar impact is wat ons betreft een ongeschikte metafoor om te dienen als parapluterm.

Beoogd effect
Een semantisch probleem is de oorspronkelijke en deels negatieve betekenis van impact. In de natuurkunde verwijst impact naar een hevige kracht binnen een korte tijdsperiode, bijvoorbeeld een botsing van twee objecten. Vaak wordt de term ook gebruikt voor de schade als gevolg van zo’n botsing. In overdrachtelijke zin duidt impact op het effect van een voorval, zoals de gevolgen van een heftige gebeurtenis op iemands leven.

Een tweede probleem van impact-denken is wetenschapsfilosofisch en ethisch van aard. De impact-metafoor suggereert dat wetenschap eenzijdig een beoogd effect kan sorteren in de maatschappij. De geschiedenis laat zien dat de wetenschap dat soms kan. Maar dat betekent niet dat we op voorhand een bepaald effect kunnen verwachten. Betekenisvolle verandering in de maatschappij vraagt niet alleen om kennis en handelingssuggesties vanuit de wetenschap. De wetenschap probeert soms bepaalde uitkomsten te voorspellen of meten, maar dat is nog niet hetzelfde als het veroorzaken van maatschappelijke veranderingen. Die vallen meestal buiten de invloedssfeer van wetenschappers.

Onderdeel van de maatschappij
Het grootste probleem van impact-denken is de impliciete aanname dat wetenschap als praktijk los staat van de maatschappij die zij bestudeert en daar alleen invloed op uitoefent als ze dat beoogt te doen, door bijvoorbeeld kennisdeling, partnerschappen of interventies. Wetenschap mag dan in institutionele en culturele zin soms een ivoren toren lijken, zij is tot in al haar poriën onderdeel van de maatschappij.

Haar gebouwen staan op dezelfde aarde. Studenten en medewerkers leven in dezelfde maatschappij, en worden bijvoorbeeld evengoed gehinderd door vervoersproblemen, een pandemie, of economische crisis. Bovendien worden we niet alleen gefinancierd, maar ook gevoed door het politieke landschap van onderzoeksagenda’s.

Wetenschapspraktijk
De wetenschap van nu is immers onderdeel van hoe de huidige samenleving is georganiseerd. Dat is maar goed ook, want zo synchroniseren we steeds met de wereld waarin de wetenschapspraktijk haar plek heeft, zoals Sanne Akkerman en Arthur Bakker in 2021 schreven in het open access tijdschrift Educational Researcher. Het is alleen wel zaak om hier bewust en transparant over te zijn. Juist dan kan de wetenschap haar bijzondere bijdrage leveren, door te bevragen en te nuanceren of te concluderen en te stellen waar dat nodig lijkt.  

Met de nadruk op een maatschappelijke oriëntatie heeft de universiteit in onze ogen een belangrijk speerpunt geformuleerd: we moeten expliciet bezig zijn met wat er om ons heen gebeurt, en bewuster dan ooit met de vraag hoe, waar, waarom en waartoe we onze zo spaarzame aandacht en middelen willen inzetten. Die vraag gaat echter niet over impact, maar om betrokkenheid en relevantie.

Advertentie